inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1863-1919

poëzie (nr. 267):

Wie ziet niet soms zich liggen in de kist

Wie ziet niet soms zich liggen in de kist,
Geroerd, dat zoveel schoons moest ondergaan?
Wie hoort uit 't graf niet roemen, stil voldaan,
Deugden die buiten hem geen sterv'ling wist?

Wie denkt niet bij zichzelf: Wonderlijk is 't,
Dat alles dan gewoon zijn gang zal gaan,
En het heelal 't de moeite van 't bestaan
Nog waard zal vinden, als 't zijn luister mist? -

Die weet, of ook maar voelt bij vaag instinkt,
Dat, als hij sterft, een wereld met hem zinkt,
Zijn werklijkheid, maar vizioen van God,

Dat oprees uit het Wezen van zìjn geest,
Wat ergens ooit aan grootheid is geweest,
Hij denkt iets derg'lijks ook, en is geen zot.

Brahman, deel I, p. 238(1919)

Schrijver: J.A. dèr Mouw
Inzender: Johan Mostertman, 27 juni 2003


Geplaatst in de categorie: overlijden

3.0 met 11 stemmen aantal keer bekeken 956

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)