inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1868 - 1922

poëzie (nr. 396):

Duisternis

Mijn duisternis is vol van Zijne verborgenheid en
mijn stilte van Zijn zwijgen.
Met het verlangen naar Zijn bijzijn heb ik mijne
eenzaamheid gevuld.
Mijn honger en mijn dorst stil ik aan de dis
van Zijn begeren.
Zijn gemis maakt mijn armoede rijk.

Zo ik tot Hem riep in mijn droefheid, Hij ant-
woordde niet,
Zijn gelaat hield Hij voor mij verborgen,
maar ik wist, zo ik glimlachend opzag tot Zijne
verborgenheid, dat het glanzend mysterie Zijner
liefde mij alzijds in het duister omgaf.
En zachtjes voelde ik mijn glimlach opgaan in de
oneindige tederheid Zijner goddelijke ironie.

Mijn God heeft zich voor mij verborgen gehouden.
Hij heeft zich jegens mij in het ongelijk willen
stellen,
opdat Zijn schijnbare onvolkomenheid mijn liefde
zoude ontroeren en ontrusten,
opdat Zijn schijnbare duisternis mijn liefdesver-
langen des te dieper zou doen glanzen.

Het is zoet, edelmoedig te mogen zijn in Zijn
liefde,
het zoetst - o mijn God, hoe goed hebt Gij de
diepte van mijn hoogmoed gepeild! - edel-
moedig te mogen zijn jegens U.

Schrijver: Jacqueline van der Waals
Inzender: MvG, 28 januari 2004


Geplaatst in de categorie: religie

3.0 met 27 stemmen aantal keer bekeken 3.795

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)