inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1767 - 1840

poëzie (nr. 449):

Lentezang

Geen nevelig duister
Bedekt meer het veld;
Geen blinkende kluister,
die 't beekje meer knelt;
Het stormen is over;
De buien zijn heen;
Wat ritselt in 't lover
Is zefir alleen.

Vol bloeisel van boven,
Vol bloemen omlaag,
Staan velden en hoven,
En telgen en haag!
De Vrolijkheid dartelt
In klaverrijk Gras,
Zij wemelt, zij spartelt,
In vlieten en plas.

De wouden herhalen
Hun feestelijk lied;
Ook zwijgt, in de dalen,
De leeuwerik niet.
Van Echo vervangen
Bij 't rijzen der maan,
Heft gij nog uw zangen
O Nachtegaal aan!

Geen nevelig duister
Bedekt meer het veld,
Geen blinkende kluister,
Die 't beekje meer knelt!
Ontvlucht nu de steden,
Wie vreugde begeert!
Ontvlucht ze nog heden -
De Lente regeert!

Kleine Liederen

Schrijver: A.C.W. Staring
Inzender: adm, 19 mei 2004


Geplaatst in de categorie: natuur

3.0 met 10 stemmen aantal keer bekeken 2.488

Er is 1 reactie op deze inzending:

Naam:
Lena
Datum:
20 juni 2021
Zo mooi dit gedicht. Ik heb het geleerd op school, maar ik herinnerde me maar een paar regels. Ben zo blij dat ik nu het hele gedicht heb!

Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)