Naar alle zijden ligt nu als een tuin
Naar alle zijden ligt nu als een tuin
Dit Holland met zijn bloemenvolle gronden,
Terwijl de heuvels lijdzaam langs hen blonden,
Hoeven-doorhoekt, van 't zilverzande duin.
En daar de wind me omspeelt op blinke-kruin
Zie 'k dorpen voor me en meen de stad gevonden,
En voel de zee me omgaande al 't land omronden,
En hoor de brekers storten steil en schuin.
En eindloos hoog welft zich de nieuwe hemel,
Die elk jaar komt met voorjaarszang en -kleur,
En spel van zon en damp en wolkgewemel.
En altijd weer troon boven 't oud gebeur,
In nieuw verrukt zijn, op mijn hoge schemel*,
Ik, dichter, die mijn land het schoonst land keur.
-------------------------------------------------
*schemel: bankje, stoeltje zonder leuning
dagen en daden(1901)
Schrijver: Albert VerweyInzender: adm, 24 augustus 2005
Geplaatst in de categorie: woonoord