inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1849 - 1907

poëzie (nr. 899):

Duikerklok

Onhoorbaar zinkt de klok van klaar kristal,
En binnen-in zit ik. Al dieper zinkt hij ….
´k Glij marmerstammen langs, albast gebloemt; ik glij
Langs rozerood koraal naar ´t diepe dal

Tot op de bodem. Nu eerst klinkt geschal
Van ammonshoorn en turriliet om mij;
Nu zingt versteende bonte bloemenrij
Met zilverstem in zoete tonenval.

Een lichte trilling vaart de klokwand door,
Als stiet zijn rand op harde rots van steen.
Zie, in de rots groef hij een diepe voor,

Zoals een ploegschaar snijdt door de aardkluit heen.
Bont bloeien op de beelden, altijd door,
En alles lijkt een sprookje, lang geleën.

Schrijver: Jacob Winkler Prins
Inzender: JM, 1 juli 2006


Geplaatst in de categorie: natuur

3.0 met 8 stemmen aantal keer bekeken 1.759

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)