Duikerklok
Onhoorbaar zinkt de klok van klaar kristal,
En binnen-in zit ik. Al dieper zinkt hij ….
´k Glij marmerstammen langs, albast gebloemt; ik glij
Langs rozerood koraal naar ´t diepe dal
Tot op de bodem. Nu eerst klinkt geschal
Van ammonshoorn en turriliet om mij;
Nu zingt versteende bonte bloemenrij
Met zilverstem in zoete tonenval.
Een lichte trilling vaart de klokwand door,
Als stiet zijn rand op harde rots van steen.
Zie, in de rots groef hij een diepe voor,
Zoals een ploegschaar snijdt door de aardkluit heen.
Bont bloeien op de beelden, altijd door,
En alles lijkt een sprookje, lang geleën.
Inzender: JM, 1 juli 2006
Geplaatst in de categorie: natuur