inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1540 - 1598

poëzie (nr. 935):

Psalm 23

Den XXIII Psalm
Een Psalmliedt Davids

1. De Heer is self myn Herder, die my hoedet;
My ontbreeckt niet, ick word van hem gevoedet.

2. Hy legert my, op schoon begraesde weyden.
End sal my voorts aent stille water leyden.

3. Hy stelt myn siel gerust; end uyt genaden,
Om syns naems wil voert my op- rechte paden.

4. Dies vreesd' ick niet, al moest ick daer beneden
Int doncker dal van sdoodes schaedwe treden:
Want du by my bist altoos Heer genadich.
Dyn raed end staf vertroosten mij gestadich

5. Du salst voir my de tafelreede houwen.
Vast onder d'oog, van dien die my benouwen.
Du sals my thooft met goede salf begieten,
End mynen kroes vol drancks doen overvlieten.

6. Het gae soot wil: my sal altoos aencleven
Genaed' end gunst, so lang als ick sal leven:
End tlustich huys des Heeren hoog gepresen
Sal eewelijck, mijn vaste woonstadt wesen.

MODERNE VERSIE:

PSALM 23
Een psalm van David


1. De Heer is mijn herder,
het ontbreekt mij aan niets.
2. Hij laat mij rusten in groene weiden
en voert mij naar vredig water,
3. Hij geeft mij nieuwe kracht
en leidt mij langs veilige paden
tot eer van zijn naam.

4. Al gaat mijn weg
langs een donker dal,
ik vrees geen gevaar,
want u bent bij mij,
uw stok en uw staf,
zij geven mij moed.

5. U nodigt mij aan tafel
voor het oog van de vijand,
u zalft mijn hoofd met olie,
mijn beker vloeit over.

6. Geluk en genade volgen mij
alle dagen van mijn leven,
ik keer terug in het huis van de Heer
tot in de lengte van dagen.

Het boeck der Psalmen Davids (1580)

Schrijver: Marnix van Sint Aldegonde
Inzender: adm, 15 september 2006


Geplaatst in de categorie: religie

3.0 met 28 stemmen aantal keer bekeken 8.109

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)