inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1887 - 1939

poëzie (nr. 1.441):

Stil dorp

De molen heft zijn armen stil
In de blauwe zonnige najaarslucht
En laat ze vallen met een zucht,
Als een moe man, tegen zijn wil.

De huizen slapen, het gordijn
Is neergelaten voor elk raam
Alleen met den blinkende koopren naam
Speelt op de deuren de zonneschijn.

Het dorp is nooit zó stil geweest.
En nergens zweeft een zweem van gerucht:
Een lege zaal waar 't geruis is gevlucht
Met het sterven van 't roezelig feest.

Geen mens durft gaan langs 't zandig pad,
Wijl 't rustend dorp dan wakker schrikt,
En verwijtend de wandelaar tegenblikt
Die treedt op takken en krakend blad.

Ik kom niet vóór de avond thuis,
Dat elk geluid als een dreigend woord
Niet roept hoe ik de stilte vermoord.
Vóór 't donker is kom ik niet thuis.

Schrijver: Willem de Merode
Inzender: Redactie, 23 mei 2010


Geplaatst in de categorie: woonoord

2.0 met 8 stemmen aantal keer bekeken 1.101

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)