inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1834 - 1899

poëzie (nr. 4.583):

De liefde gaat niet henen

Met mijne jeugd zijn eveneens verdwenen
De zangen van het zoetste minverlangen;
De liefde ging daarom van mij niet henen:
Zij blijft mij aan de warme boezem prangen.

Door teedre dromen wil ze mij verleiden,
Mij de ogen sluiten voor het aardse streven;
Doch van de rede kan ik mij niet scheiden,
Die wikkend weegt het wel, het wee van ’t leven.

En zwelt mijn hart van vloed en gloed doordrongen
Der liefde, meegedeeld door een hemels wezen,
Dan denkt mijn geest aan hen, die zijn gezonken
In helse smart, en ik wil die smart genezen,

Genezen door de liefde, door de rede!
Ik mijd daarom het ijdele wenen, klagen…
Licht in elks hoofd, in elks gemoed de vrede
Wil ik, als gulle lentezon, doen dagen.

Schrijver: Emanuel Hiel
Inzender: Redactie, 9 april 2022


Geplaatst in de categorie: liefde

3.0 met 5 stemmen aantal keer bekeken 1.136

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)