inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1863-1919

poëzie (nr. 4.579):

Lang rolt, een bol van klank, de knal van 't schot

Lang rolt, een bol van klank, de knal van 't schot,
Bonzend van wand tot wand, 't gebergte rond:
Het dier, door 't vals onzichtbare gewond,
Kruipt, om de rand, in scheef verlichte grot;

En pijnlijk trekt hij met verbrijzeld bot,
Hinkend, een smal rood streepje over de grond;
Diep, ver van 't bos, waar hij zijn voedsel vond,
Daar gaat hij dood in 't donker; en verrot.

Hem, die vol toekomst zwerft door wildernis
Van jong gevoel, treft soms, die zeker is
Van 't goed gemikte woord, in tere plek:

Voor 't ongeluk, dat in zijn leven viel,
Vlucht hij naar 't ondergrondse van zijn ziel,
En kan niet meer naar boven; en wordt gek.

Brahman I, p. 137(1919)

Schrijver: J.A. dèr Mouw
Inzender: Redactie, 2 mei 2022


Geplaatst in de categorie: verdriet

4.0 met 20 stemmen aantal keer bekeken 1.345

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)