inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1861 - 1937

poëzie (nr. 1.573):

Winter

De fijne rijm bedekt nu boom en plant
En ’t stijf-gestolde water, spiegelglad,
Kaatst hel de zon terug van ’t glanzig pad,
De blanke sneeuw ligt blinkend op het land.

En aan de langzaam-glooiende oeverkant
Steekt nederig een klokje ’t groen blad
Naar boven, koest’rend zich in ’t zonnebad,
Een dun, groen lintje op hermelijnen rand.

De lucht is fijn en helder, diafaan,
En trilt van ’t zuiver-schitt’rend zonnevuur,
Der blauwe heem’len stralend-gouden vaan.

De lieve blankheid maakt de held’re dag,
En tooit met klare schoonheid de natuur,
Die lange tijd in doodse misten lag.

Eerste gedichten

Schrijver: Edward Koster
Inzender: Redactie, 8 januari 2011


Geplaatst in de categorie: natuur

2.0 met 9 stemmen aantal keer bekeken 1.294

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)