inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1877 - 1955

poëzie (nr. 4.034):

De knotwilg

Wie 's levens moker maar getroost laat beuken,
doch in zich 't beeld bewaart, dat eens hem blonk,
die voelt wel eindlijk in zijn oude tronk
een vastheid groeien, die geen lot kan deuken.

Al staat hij krom en armelijk ontwricht
ergens alleen, ver van de blanke vlieten,
door iedre nieuwe lent gedreven schieten
lenige twijgjes naar het heilig licht.

Gans uitgehold en meer dan half gekloofd,
verwint zijn taaie leven alle wonden:
zijn gulden bloesems geuren in het ronde,
een zilvren blarenkrans omstraalt zijn hoofd.

Schrijver: Th. van Ameide
Inzender: Redactie, 22 september 2020


Geplaatst in de categorie: psychologie

4.0 met 2 stemmen aantal keer bekeken 2.690

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)