inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1884 - 1910

poëzie (nr. 2.295):

De Nachtegaal

Zong daar de nachtegaal? De gouden maan
Drijft droomrig in een wolk, blond van haar glans,
Door 't blauw, zo blauw als maar één enkle maal
De zee was, kalm, toen Afrodites lijf
In goudschelp stijgend als die maanschijf rond
Een kring van lichtend schuim om 't ranke bootje
Deed glinstren, als dat wolkje donzig-teer...

Zong daar de nachtegaal? Hoort gij hem, liefste?
In 't berkenbosje of 't lage hout verscholen
Doet hij zijn trillende en toch klare tonen
Vragen en klagen, ach, zo vol van dromen
Als 't bleke luchtrood achter zilverbomen,
Ach, als mijn ziel, die eens ook teder zong...
Liefste, is ons leven niet een wondre droom?

De dagen zijn een hooge en grijze laan,
Waardoor wij hand in hand tevreden lopen,
Glimlachend vaak, wanneer we elkanders ogen
Zien flonkren van een kalme manestraal...
Maar soms, uit 't bos, lokt ons een zoet gefluit
En 't kwinkeleren in dien dromentuin
Doet ons ontroerd elkaar in de armen zinken...

Zong daar de nachtegaal? O, dat ook mijn zang
Weer liefelijk en droomrig-teder klinke,
Maar niet meer vragend, klagend, doch een lente
Van jubeltonen in zijn ritmen dragend,
Tot een verkonding van ons diep geluk!

Schrijver: Alex Gutteling
Inzender: Redactie, 9 januari 2014


Geplaatst in de categorie: liefde

4.0 met 5 stemmen aantal keer bekeken 1.350

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)