inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1804 - 1859

poëzie (nr. 4.334):

RUBENS.

Beheerser van 't palet, wiens goddelijke verwen
Akkoorden zijn vol gloed, een zang vol majesteit,
Gij, die een baan betrad met palmen overspreid,
Wat liefling van 't penseel mocht mildere eer verwerven ?

Al moest het nageslacht uw meesterstukken derven,
De gloriestarre waakt op uw onsterfelijkheid.
Geen heeft er stouter vlerk dan Rubens uitgebreid,
Een schepper in de kunst (gij wist het) kan niet sterven.

Geschapen was uw ziel uit zuiver starrenvuur
Gij waart verscheiden, groots, oorspronklijk, als natuur
En zelfs verheven in uw schittrende gebreken.

Berispe 't dwergenkroost, ontzagbre Schildervorst,
Wat, als ondwingbre gloed, u stroomde uit hand en borst,
Wie volgt uw aadlaarsvlucht in onbezochte streken?

Schrijver: Prudens van Duyse
Inzender: Redactie, 29 juli 2021


Geplaatst in de categorie: schilderkunst

4.0 met 3 stemmen aantal keer bekeken 1.172

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)