inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1876 - 1948

poëzie (nr. 3.185):

HET LICHT.

Wij zaten aan het kalme plein,
voor 't open venster van ons klein
vertrek, de avond te beschouwen.
Wij zagen hoe de hemel, bleek
en ver, over de gevels week
van de ons omringende gebouwen.

De gave stammen, vast en rond,
van olmen stegen uit de grond
en hoog, om de verspreide kronen,
zagen wij voorjaarsvogels al
de uitgebreide schemerhal
met hunne omzwervingen bewonen.

Wij konden nog het klaar geluid
horen voorbij ons gaan, dat uit
de verte kinderstemmen maken.
Een late zang bereikte ons, die
verliep. Toen zei-je aandachtig: „zie
„o zie het licht over de daken ..."

Wij liepen in de luide stad,
waar onze liefde zoveel had
gevonden en zoveel geleden.

Getijden (1917)

Schrijver: Jan Prins
Inzender: Redactie, 27 mei 2017


Geplaatst in de categorie: natuur

4.0 met 2 stemmen aantal keer bekeken 448

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)