inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1878- 1929

poëzie (nr. 3.364):

O zee, die mijne lip doorkeent

o Zee, die mijne lip doorkeent met zout-kristallen
waarin het volle licht van alle zonnen breekt;
zand, bij mijn veer'ge zool breed-uitgestraald doorweekt,
waar krijsend iedre tred doet duizend schelpen schallen;

o tuimelende lucht, die brandt mijne ogen toe
maar sluit ze op 't dansen van ontallig-vuur'ge bollen:
ik ben van zee en lucht, ik ben van God gezwollen;
ik voel me oneindig-rijk en -moe.

Verzen aan zee en in een tuin (1924)

Schrijver: Karel van de Woestijne
Inzender: Redactie, 26 februari 2018


Geplaatst in de categorie: natuur

3.5 met 2 stemmen aantal keer bekeken 478

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)