inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1863-1919

poëzie (nr. 205):

Ik, die met bossen ruis en, meisje, lach

Ik, die met bossen ruis en, meisje, lach,
Die zonnig vink en schem'rig nachtegaal,
En tot nocturnes aai met manestraal
Mijn lier, de hei, besnaard met herfstdraadrag,

Ik, die uit orgel, zwart voor blauwe dag,
Smijt over de aarde mijn donderchoraal -
Jou koos ik, dat je op 't orgel van je taal
Eert Brahman, mij en jou, ons beider Bach.

Wel juich en klaag ik vaak in liefdelied,
Als ver uit splitsing naar eenheidsgeluk
Met vox humana zich mijn hunk'ren richt:

Nu ik al jouw registers openruk,
Schreeuwt 't Zelfbesef, dat zich als 't eeuw'ge ziet,
'T MAGNIFICAT voor ons, afgrond'lijk Licht.


- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -- -
Sonnet XXIV in de cyclus 'In de Hoogte'

Brahman I, p. 130(1919)

Schrijver: J.A. dèr Mouw
Inzender: J.M., 24 maart 2003


Geplaatst in de categorie: individu

4.0 met 13 stemmen aantal keer bekeken 1.509

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)