'k Sta naar 't schitt'rend oranje in 't west te kijken
'K sta naar 't schitt'rend oranje in 't west te kijken:
Als fijne, zwarte tralies staan de abelen;
De blaadjes schijnen met het licht te spelen,
Om 't op te vangen, als 't er door komt strijken.
'K zie om: het amethyst in 't oost verdelen
In trossen blauwe-regen diepgroene eiken;
Aan de ogen, vol topazenglorie, lijken
De abelen trilgras van paarse juwelen.
Op Brahman, wereldgrond, schijnen de dingen
A jour gewerkte scherts: door de openingen
Golft onbelemmerd stralende eeuwigheid.
Het denken, moe van God, keert van Zijn luister
Zich gretig-aards vaak af naar kleurig duister
En weldadig koele verganklijkheid.
Brahman, deel I, p. 246(1919)
Schrijver: J.A. dèr MouwInzender: Johan Mostertman, 4 juli 2003
Geplaatst in de categorie: natuur