Kalliope
En driewerf kruiste ik de armen, driewerf drukte
lk niets, en niet de blonde Muze er in,
En tot mij sprak de stralende godin,
Toen zij ten kus zich naar mijn voorhoofd bukte:
"Ik zond de vrouw tot u, die u verrukte....
Ik zeide u 't aan: gij mindet met een min,
Zó vol aanbidding, z¢ vol vrome zin,
Dat ze u aan al, wat haar niet was, ontrukte.
Ze is van u heen; thans zeg ik u: voorwaar!
Ge aanzaagt.... ge aanbadt - u trok, wat is verheven:
U daagde een schoonheids-ideaal in haar.
Toen zaagt ge weer, naar wat ge aanbadt, gedreven:
Zij bleef zichzelve, gij werd kunstenaar;
't Verheevne, dat verhief, leeft in uw leven!"
Mathilde
Schrijver: Jacques PerkInzender: Redactie, 24 juli 2020
Geplaatst in de categorie: kunst