5121 resultaten.
o HEER GIJ MINT IN ONS ALLEEN
poëzie
3.0 met 17 stemmen 2.395 o Heer, Gij mint in ons alleen
uw eigenzelvig wezen,
dat, duizendvoudig afgeprent,
staat overal te lezen.
En wij, in al dat minlijk is,
zijn schuldig U te minnen,
die aller liefde onendiglijk
het eind zijt en 't beginnen.
Gij mint in ons U zelven, want
wat zijn wij, al te zamen,
als 't geen dat Gij ons wildet…
'T IS STILLE
poëzie
4.0 met 30 stemmen 4.448 't Is stille! Neerstig tikt het on-
gedurig hangend wezen,
waarop de weg naar 't eeuwige, in
twaalf stappen, staat te lezen.
't Is stille en middernacht! Alsof
ik blind ware, om mij henen,
in donkere diepten schijnt het al
verduisterd en verdwenen.
't Is stille! Niets te zien en niets
te horen, - 't doet mij…
EENZAAM OM MIJ ALLENTWEGEN
poëzie
3.0 met 21 stemmen 2.806 Eenzaam om mij, allentwegen,
is ‘t; geen mense en hore ik meer;
helder blinkt mijn ogen tegen,
hemelvast, het sterrenheer.
Alles rust en niets en roert er,
in ‘t vereende van de nacht:
wat ontwekt of wat ontvoert er
dan zoo schielijk mijn gedacht?
‘k Hore een wisse tale spreken,
uit het eenzaam stergebied;
wonende…
'T LIGT ALLES WEEROM WITGESNEEUWD
poëzie
4.0 met 12 stemmen 2.180 ‘t Ligt alles weerom witgesneeuwd,
zo wit als waar' ‘t een laken:
hoe gaan Gods lieve vogelen nu
aan ‘t daaglijks brood geraken?
Ze vinken en ze kwinken mooi,
ze schijnen wel tevreden,
maar... Here, spaart uw vedervolk
van ‘s winters eendlijkheden*!
* eendlijkheden = narigheden die met de winter gepaard gaan…
Slaaplied
poëzie
3.0 met 28 stemmen 4.680 „Waait mij nu zoetjes, o zuchtende winde;
wiegt mij en douwt mij dat zuilende kind;
speelt om zijn wichtelijk aanzichtje en laat
Jesuken rusten; het slapen nu gaat.
Palmen, die roerende en wagende zijt,
stilt om mijn kindeke uw takken ’nen tijd;
engelkens zoetjes, ach, Jesuken wilt
slapen: uw’ tonge en uw’ harpe nu stilt.
Vogelkes zwijgt…
VERSE GRAVEN HIER EN DAAR
poëzie
4.0 met 10 stemmen 2.145 Verse graven hier en daar,
onbegersde moldebuilen,
ziet men uit het kerkhof puilen,
dit onzalig ziektejaar!
Kinders, sprakeloos, gekist;
ouders, al te vroeg gaan slapen,
wonden die in 't herte gapen...
deerlijk om herdenken is 't!
Ach, hoe broos, hoe onbestand,
onbewaarbaar is het leven,
dat gij, Here, ons…
HET ZONNELICHT IS NEERGEDAALD
poëzie
4.0 met 18 stemmen 2.526 Het zonnelicht is neergedaald
en ‘t gaat bij andere lieden,
verwacht en welkom-weer onthaald,
de dag hun doen geschieden.
Het morgent daar, het avondt hier,
en wonderschone verven
zie ‘k wentelen in het westervier,
en stille, stille sterven.
‘t Was rood eerst, helder peers weldra;
en, blauw- en blauwerwendig,
door…
I N 'T R I E T
poëzie
3.0 met 16 stemmen 2.318 Gedoken half, in ‘t riet,
half zichtbaar, deur de rieten,
aanschouwen de koeien mij,
die, vers uit hunne slieten
en vaste veters, nu
op vrije voeten gaan
en, gaande, ‘s morgens vroeg,
hun lange steerten slaan.
Omhoge heffen zij
hun hoofd en doen de stalen
van ‘t omgebogen riet
hun tongen nederhalen
te mondewaards…
HET GERS
poëzie
3.0 met 10 stemmen 1.822 Hoe gulzig is het gers
en goed om in te baden
tot boven uwe boeg,
o gierig rundervee,
dat, in de oude stal,
hebt oude voederbladen
en vuile draf geteerd,
zo menig maand alree!
Hoe geren zie ‘k u, hoorne
omhoge, neuzegaten
wijd open, almedeens,
in ‘t gulzig gers gelaten!
Ge'n weet uw weelde niet,
noch uwe weg! Ontheven…
DE WILDE WIND
poëzie
3.0 met 8 stemmen 2.839 Deur ‘t haaghout raamt
de wilde wind,
verblind,
zijn reuzensprongen:
en al dat ooit
hem tegenstaat
verlaat
hij, losgewrongen.
Gebogen hier,
gebroken daar,
malkaar
de bomen schenden;
die, scheurende uit
de gronde, huis
en thuis
de gruw* inzenden.…
TWEE HORSEN
poëzie
3.0 met 13 stemmen 1.680 Ze stappen, hun bellen al klinken,
de vrome twee horsen te gaar;
ze zwoegen, ze zweten; en blinken
doet 't blonde gelijm van hun haar.
Ze stappen, ze stenen, ze stijven
de stringen; en 't ronde gareel,
het spant op hun spannende lijven:
de voerman beweegt ze aan een zeel.
De wagen komt achter. De rossen,
gelaten…
M I E T J E
poëzie
2.0 met 10 stemmen 2.230 ‘t Meiske, met zijn tele* melk,
op zijn blote voetjes,
lang, gelijk nen terruwstelk*,
zoetjes, zoetjes, zoetjes
terdt* het voort, en anders niet
als zijn tele melk en ziet ‘t.
‘t Meiske hoorde: "Goedendag!"
zeggen, zoetjes, zoetjes:
"Mietje!" ‘t Meiske ommezag...
Op zijn blote voetjes
viel de melk en, vol verdriet…
W E D E R W I J V E N
poëzie
3.0 met 10 stemmen 1.872 Hoe wijsterwaster vliegt de lucht
vol witte en lange stressen
van wolken, die ontvlochten zijn
lijk haar van toveressen.
‘t Zijn wederwijven, boos en fel,
die, kwaad van hande en vinger,
malkanderen te kere gaan
en vechten slag om slinger.
De wind zit in ‘k en weet niet welk
geweste, ‘t buist en bommelt
alhier,…
B O M E N
poëzie
3.0 met 12 stemmen 3.461 Hoe eigen zijn de bomen al,
van dracht en groeibaarheid:
de hulst en bloot zijn takken nooit,
hoe fel de buien bersen;
de beukenboom zijn handen naar
de hemel openspreidt;
en, slaande, schijnt de berkenroe
de wilde wind te dersen!
Op wacht, en achter ‘t water, staan,
gekroond met immer vers
gewaai, de dikke koppen…
ABELEN
poëzie
3.0 met 15 stemmen 2.404 Versgevelde abelenbomen
liggen langs de grachten heen,
die de oude zandweg zomen,
hoofd en armen afgesneên.
Sterke stammen, kon dat wezen,
gij, die, op en in de grond,
met uw voeten vastgevezen,
vamen diep, ondelgbaar, stondt?
Gij, die 't zwaar geweld der winden,
kreunende, op uw kruinen droegt;
die zo lang…
BONTE ABELEN*
poëzie
3.0 met 12 stemmen 1.984 Wit als watte, en teenegader
groen, is 't bonte abeelgeblader.
Wakker, als een wekkerspel,
wikkelwakkelwaait het snel.
Groen vanboven is 't en, zonder
minke*, wit als melk, vanonder.
Onstandvastig volgt het, gans,
't onstandvastig windgedans.
Wisselbeurtig, op en neder,
slaat het, als een vogelveder:
Wit en grauw, zo, dóór de…
Gierzwaluwen
poëzie
3.0 met 33 stemmen 2.836 (Cypselus Apus)
----------------
"Zie, zie, zie,
zie! zie! zie!
zie!! zie!! zie!!
zie!!!"
tieren de
zwaluwen,
twee- driemaal
drie,
zwierende en
gierende:
"Niemand, die...
die
bieden de
stiet ons zal!
Wie, wie? Wie??
Wie???"
Piepende en
kriepende
zwak en ge-
zwind;
haaiende en
draaiende,
rap als de
wind;
wiegende en…
Zo welkom als de bie
poëzie
3.0 met 14 stemmen 2.350 Zo welkom als de bie,
die,
aan 't ronken, wijl de last
wast,
terug met heuren buit
uit
de velden rijk beblomd
komt,
zo welkom zijt ge mij,
gij,
wanneer ge mij verzet
met
hetgeen uw zwervend vlerk-
werk,
al vliegen achter 't land,
vand:
mijn hoppelend herte klopt
op 't
aanhoren en 't verstaan,
aan
het ruisen van zijn stem…
'K ZAL MIJ VAN TE DICHTEN ZWICHTEN
poëzie
3.0 met 12 stemmen 2.405 ‘k Zal mij van te dichten zwichten,
zo ‘t mijn hert niet wel en gaat:
wie kan rijpe bezen lezen
van een tak die droge staat?
Laat de lieve wonnenbronne,
laat het leutig zonnenvier,
laat de verse blommen kommen,
laat weerom de lente, alhier!
Dan ja, zal ‘k genezen wezen,
opstaan en, gespannen fel,
of ‘t een klare snare ware,
dichten ende…
M A A G D E N G R O E N
poëzie
3.0 met 20 stemmen 2.411 Virgineum decus
Niet lam en afgeleefd,
maar kroes, en in zijn' kreuken,
zo is het loof mij lief,
en ‘t groen, der groene beuken,
die in de zonne staan
en, hagewijs geleed,
de nieuwe pracht aandoen
nu van hun lentekleed.
Hoe zuiver is dat groen,
hoe nes, hoe ongenaakt,
met vlugge dons bezet,…
WELDADIG ZONNEWEER
poëzie
3.0 met 16 stemmen 2.279 Weldadig zonneweer,
hoe lang heeft ons verlangen
gewacht naar uwe troost,
geveterd en gevangen
in ‘s Winters lastigheid!
Zal ‘t zomer zijn voortaan,
of zult ge, wederher
al, zonne, u duiken gaan?
De mensen danken u
volmondig, en de hoven,
in ‘t eerst aanschouwde groen,
u dankbaarheid beloven;
de…
Gepoeft, gepaft
poëzie
3.0 met 19 stemmen 3.688 Gepoeft, gepaft, ge'n hoort niet el,
met wappers en met wissen fel,
als smijten, slaan en buisen,
dat beide uwe oren ruisen,
op vodde en lap en vuil tapijt,
dat ‘t kuilt en wentelt wijd en zijd,
van ‘t stof! De greppen zweren
vervaarlijk, onder ‘t scheren
der groeve en fijne bezems, daar ‘t
gerokte volk mee henenvaart…
O mocht ik
poëzie
3.0 met 29 stemmen 2.987 O mocht ik
o mocht ik
voor ’t heilig Tabernakel staan,
o mocht ik
o mocht ik
daar brandend als een keerse staan,
o mocht ik
o mocht ik
ontsteken daar en uitgegaan,
o mocht ik
o mocht ik
naar Hem en in de Hemel gaan!…
HET ZONNELICHT IS NEERGEDAALD
poëzie
4.0 met 9 stemmen 3.420 Het zonnelicht is neergedaald
en ‘t gaat bij andere lieden,
verwacht en welkom-weer onthaald,
de dag hun doen geschieden.
Het morgent daar, het avondt hier,
en wonderschone verven
zie ‘k wentelen in het westervier,
en stille, stille sterven.
‘t Was rood eerst, helder paars weldra;
en, blauw- en blauwerwendig,
door…
Moederke
poëzie
4.0 met 39 stemmen 7.540 't En is van u
hiernederwaart,
geschilderd of
geschreven,
mij, moederke,
geen beeltenis,
geen beeld van u
gebleven.
Geen tekening,
geen lichtdrukmaal,
geen beitelwerk
van stene,
't en zij dat beeld
in mij, dat gij
gelaten hebt,
allene.
o Moge ik, u
onweerdig, nooit
die beeltenis
bederven,
maar eerzaam laat
ze leven in
mij…
De zonne zit
poëzie
3.0 met 22 stemmen 3.193 De zonne zit
zo snel en blinkt,
en bloeit al in
het westen,
dat wolkenloos
heur stralen drinkt,
in lentemaand,
ten lesten.
't Wil zomer zijn,
van nu voort aan:
vroeg morgen zal
ik meugen
-'t wil zomer zijn!-
vermeien gaan
mij, morgen, en
verheugen!…
O VRIEND WAT SCHAADT
poëzie
3.0 met 13 stemmen 2.951 o Wat raakt het en
wat schilt het mij, die priester ben,
dat ongedierte, redenloos,
het voetspoor te bekruipen koos,
en nijdig te bezeveren, die ‘t
voorbijgaan van mijn stap hun liet!
Vooruit, en niet eens omgezien,
wat dat men durve of niet, of wien
ik mij zie mede- of tegenstaan,
van hun die ‘k al heb welgedaan!
Vooruit!…
EN DURFT GIJ MIJ
poëzie
3.0 met 19 stemmen 3.450 Soldaten
het buskruid, zo ‘t behoort,
gelaten,
en Dichteren het woord!
-----------------------------------------------------------
twee reken: twee regels
is niet gemeen: is geen gemeenschappelijk bezit
zijt gij bron: indien gij bron zijt
dezen die: zij die
heur: zich…
EENZAAM OM MIJ ALLENTWEGEN
poëzie
3.0 met 14 stemmen 2.773 Eenzaam om mij, allentwegen,
is 't; geen mense en hore ik meer;
helder blinkt mijn ogen tegen,
hemelvast, het sterrenheer*.
Alles rust en niets en roert er,
in 't vereende* van de nacht:
wat ontwekt of wat ontvoert er
dan zo schielijk mijn gedacht?
'k Hore een wisse* tale spreken,
uit het eenzaam stergebied;…
RUWRIJM
poëzie
4.0 met 15 stemmen 3.005 Het ruwrijmt, het brimmelt,
en ‘s winters geweld
heeft varings al ‘t hout in
zijn schoonheid hersteld.
Het stond daar en treuren,
van alles ontbloot;
vol deernisse, och arme, en
een beeld van de dood!
Nog maanden en dagen
zal ‘t lijen eer ‘t alom
weer licht is en leven,
en blad hier, en blom.
"‘t En zal," zei de Winter,
"‘t en…