jij sterft
hongerpijn is overleefd wachtend
het zand buigt zich over je dood
Kleine arme dichter nooit wordt je groot
de verkeerde wereld de foute tijd
je vader bruut vermoord
je moeder cru verkracht
De grootste was je vast geworden
maar er is geen water er is geen brood
jij hebt geen tranen meer geen hoop
voor jou blijft slechts de hongersdood…
zonder zich te storen
aan een wereld die vechtend verkloot
blies hij de laatste adem
uit en stierf de hongerdood
zonder zich te storen
aan een wereld zonder brood
blies hij de laatste adem
uit en stierf de heldendood
maar de tranen in hun ogen,
uitingen van angst of pijn,
glinsterend verdampend op hun wang,
zouden dezelfde kunnen zijn…
nadien onbepaald zwijgend
oorlogskranten weten dreigend,
economische sancties bekrachtigen
hopeloos... vloeit de hongersdood
overleven de kruimels van
een laatste zelfgebakken brood
...muisjesstil en muisjesdood,
lijk de witte scud-raketten
die ik in mijn dromen zie..…
Mijn arme zwaar ondervoede vlinders
Sterven langzaam aan de hongersdood
Hun vleugels zwakjes kleuren verbleekt
Gevangen gedoemd tot water en brood
Hun leven lijkt op een bedevaartsoord
Als stervenden zoekend naar restjes hoop
Kneuzen gefladder tegen beter weten in
In een luchtkasteel klaar voor de sloop
Kleuren doorlopen van de zoute tranen…