De zolen piepen op de rubbervloer,
ke-Doenk, ke-Doenk, ke-Doenk, een Akerboom van
een vent die als hij weer eens flink op stoom kwam
echt elke pot door zijn gescoor bezwoer
Dat ‘kwam’ rijmt niet zo mooi op ‘van’: wat krom,
dus nee: de schoonheidsprijs verdient het niet,
dat brengt ons weer bij Kees, want als hij schiet
is ’t altijd raak en…