'Vroeger verzamelde ik in de winter puntenslijpsel,'
aldus mijn adellijke collega,
de douairière Marie Joliette, barones van Heemstra tot Fledermausen
'en bij het naken der prille lente, tot diep in de indiaanse nazomer en het tere dwarrelende okergele loof der gouden herfst vergaarde ik paardenstickers, in de traditie der korenaars
Doch…
Moest ik mijn land verlaten: ik zou blijven.
Stond mijn stad in brand: ik draaide om.
Moest ik mijn kind offeren: ik weigerde.
Zolang jij je niet laat kennen houd ik
benen op de grond, armen om het kind.
Mij scheep je bij geen bramenstruik af
met ‘ik ben die ik ben’, een kleine vlam, een donderstem.
Mozes was iemand van zijn tijd: dankbaar voor…
Hagelbuien ranselen de winter weg
Avaritia hoogmoedige solitaire zwarte wolk
zal de stormachtige wind hem op tijd doorbreken?
In stilte legt een haas zijn oren in zijn nek
vangt de buizerd de veldmuis
zoekt een grutto een uitkijkpunt
Gula waant zich de zon om wie
de aarde draait haar klauwen
geselen de uitgewrongen aarde
De maan…