Mevrouw Despina ontmoet de rattenvanger
gedicht
Stralende morgen met rijp op het weiland.
Klaar voor ervaring van inzicht en kalmte
loopt ze het licht in tot waar in de sloot
verzonken in graafwerk de rattenvanger zingt.
Vraagt ze schichtig naar dood en gevaren
lacht de man in het ijs, die luchtbellen wijst
van het wezen dat daar zich verschuilt.
In lieslaarzen komt hij de kant op, zegt…