Abdolah, Rosenboom, en het gezemel
Van Voskuil, Hermans, Nescio en Reve
En tussen wat die lui voor boeken schreven
Staat eerste: De Ontdekking van de Hemel
Dat is mij toch qua zotheid iets te foolish
Ik wil heel die top tien!
Hoogachtend,
Mulisch.…
was blind voor noten
Wisselt trompet en meisjesstem
In een melig knetterend spel
De gouden belofte strandt aan de westkust
Na een kaakslag blies hij tandeloos door
Door cool jazz en hard gif bedwelmd
Een verweesde engel met een verwoest gezicht
Sprong uit het hotelraam
Alsof hij over de regenboog kon
Stort vleugellam neer
What a foolish…
Je staat daar maar te staren
Alsof je niets te zeggen hebt
Liefde is een staat van zijn
Een manier van er wezen
Je houd van kunst
Muziek die je drijft
Beethoven die je aanbidt
Dan ga ik op mijn knieƫn
En bloedt mijn hart
Een rode vloed van onzekerheid
Maar het maakt niet uit
Want de klank waarmee jij de woorden
ik hou van jou uitspreekt…