Beneden karren raatlen, kranen kreunen,
Hier is het stil, terwijl alleen gitaren
Een oude fado traag en droef opdreunen,
En of karvelen weer de Taag opvaren.
-------------------
uit: Soleares…
Zwervend op mijn karveel
van nevelslierten
meende ik jou te zien
in de spiegel
van mijn dromen
op een verre weg
langs het tijdloze water
helder en diep
In jouw verten vond ik
verborgen parels
de omhelzing
van pure magie
het dagen van tere extase
de tover van het onbekende
een pas ontloken bloem
nooit eerder aanschouwd
En ik was verbaasd…
Toen kwam de kans: met een vermolmd karveel
Maakte hij de reis die niemand vóór hem deed,
Veroverde met honderd man Peroe.
Vijftig was hij, ik dertig maar: wie weet
Ontdek ik niet het zesde werelddeel,
Al ben ik nu na een paar stappen moe?
---------------------------------------------------…
twee zeewaardige karvelen
een kraak met vierkant getuigde mast
varen uit de haven van de Zilvervloot
een landtong nabij de zuilen van Hercules
hij vervalst tijdstip en afstand in het logboek
om de matrozen niet van hun moed te beroven
op zijn hoed plant hij een pluim, kruipt uit zijn huid
waant zich op het grote oosterse schiereiland
maar…