Voor mijn slaapkamerraam zit ik op de uitkijk
Te wachten op het meisje van de krantenwijk.
In haar ene hand heeft zij de krant
En maakt een kom beweging met haar andere hand.
Snel ren ik van de trap af naar buiten
Van blijheid begin ik te fluiten.
Maar was haar wenk wel voor mij
Of was ik voor niets blij.…