Koolzaad, lijnzaad, fluitekruid
De meimaand is begonnen
Een kind loopt met ballonnen
Een V- vlucht schreeuwt het uit
Koolzaad, lijnzaad, fluitekruid
Het bloed raakt niet geronnen
Er bulderen kanonnen
De mens heeft het verbruid
Het goddelijke wezen
In hem is hij vergeten
Dat wordt bedekt met ruis
Hem wordt de les gelezen
Door wijzen…
abdijbrood blinkt bruin
op de plank ligt al een mes, een vork
en boter
als de glans gestorven is, neem ik een hap
geolied door de aanraking van vers
gegist door het moment wendt diens
smaak zich tot mijn tong
ik proef de arbeid uit een harde tijd
handen die het graan vermalen
-een machine binnen nu-
gedachten dwalen tot
een déjà vu…
Omzoomd door lijnzaad
En fluitenkruid
Doemt het terras op van Brasserie
De Drievuldigheid
Alles is gemaakt van witte wolken
Engelen ontspannen zich met een glas
Condens en wat manna
Halen herinneringen op aan het strooien
Van pioenroosblaadjes, het loslaten van
Duiven in nog volle kerken, Pinkstergroeten
Op papieren kaarten
Dat alles…
Vogels die komen in gezang
Winterslaap komt weer tot leven
pril opwekkend leven
Duistere plaatsen, “Verlichte waarden”
Denappels Kerstkris-tallen
Maagdenvloed Maagdenpalm
Licht dat in vlees wil worden
Maansikkels planten maanstanden
kring vormende dolmen
broodafdruk in graancirkels
infuus van” Mare”-kransen
Vis voelend in het water
lijnzaad…