Voor de juf, een zoetzure non, is hij voorbestemd
Voor de lauwe kudde
Onzichtbaar in spijkerbroek, flanellen hemd
Blonk hij enkel uit in zwijgen
Ze noemde hem Grombelijn de prof
Om van te proesten
Zou je er geen suf punthoofd van krijgen
Zoals hij mijmerde over maanstof
Hoe hij het galgenaas aan de drieste degen zou rijgen
Ma staarde zuchtend…
Of gij ’t rekt of openspart
Met blazen, proesten, poffen, brommen;
Al sticht ge er zuilen of kolommen
Voor ieder uws gelijken Bard;
Ik zal het aanzien zonder pruilen;
Ik wil Paleis noch Erezuilen,
Ja, zelfs geen plaatsje in uw hart.
--------------------------------------
Horatius:
"Ik heb een monument voltooid, duurzamer dan brons,…
waterpoelen zijn
de koers en looplijn zinderend heet
drempels nemend en heuvels klimmend
struinen zij van schaduw in het bos
door koe-loeiende of geit blatende weilanden
slingeren gedragen door mens en natuur
zij door lege straten over volle pleinen
zwijgend kijkend of pratend luisterend
zetelend in een luie stoel of het groene gras
zwaait proest…
"
Wij zetten ons neer op een verse stronk
En keuvelden over ons doelloos leven
We proestten het uit in gelach en gefluit
Dat het oerwoud ervan weerklonk
Wij zijn beiden uniek, vogel Iks en Ik
Toch flitsen we samen door de bomen
Komt er ooit een Ei, dan hoop ik dat Jij
En niemand anders daaruit mag komen.…
het afgelopen mag zijn
Dat zij, mijn overleden moeder, die mij baarde weer op mij
mag rekenen mij te nestelen in haar veilige buik,
alhoewel mijn vader daar weinig rekening mee hield in '51 en '52
En als ook door het seizoen, de koorts van het voorjaarshooi,
mij tot tranen toe beroert en mij wel honderd maal per dag
laat hoesten en proesten…