uit chaos strijdt ze
roodvlammend naar boven
oogt met haar uitbundigheid
zoveel kracht en warmte
dat zij hem
uit een grijs verleden weet te tillen
en samen liefdeslingerend
de kracht van passie
hoog oplaaiend beleven…
't eind was te snel
dit vriezig donsveer
welk ik zo begeer
traande ijzig langs mijn pols terneer
Eens rein en volmaakt
zo puur, en zo naakt
is nu slechts een vloeiende spiegel
Mijn keten niet vast
door 'n sneeuwvlok belast
welk tot mijn conclusie
slechts was een illusie
en mij verlaat in innerlijke ruzie
De roodvlamme fikken
die…