dat
dagen regen zijn
en dat jij de uren van
die dagen nog eens
onderstreept
- nadien-
maakt mij tot regen
vastgevroren
in winter
in mijn vacht
zoals een vogel, dood
onder doornstruiken
en afgesleten rotsen
tegen het landschap
geklemd
dat ik dan sneeuw
op suikerwitte bloemen
en jij je hand niet reikt
naar het geluk…
de schemer verheft zich
de nevel sluipt al rond
in geen tijd doet mist
alle zicht teniet
de late wandelaars
gaan voet voor voet voor ... voet
hun stille zwijgende stap
wordt in de smoor verborgen
van de eerste dolende winterschimmen…