115 resultaten.
Aarde, over-oude
poëzie
4.0 met 14 stemmen 1.796 Aarde, over-oude, ik ben van u gescheiden.
De oog-appel van de nacht doordraait mijn hoofd;
de geur verwaait der overkaauwde weiden;
de tand verleerde 't raspen van het ooft.
Diep onder mij verveegt de reep der wegen;
geen fluistrend haspelen van huivrend graan
en wuift de smaak van wassend brood me tegen;
de blik der dieren is mijn…
Gij zijt de goede vrouw
poëzie
4.0 met 8 stemmen 1.935 Gij zijt de goede vrouw ten drempel mijner dood, -
Gij die me uw ogen als een zomer-nacht ontsloot
Vol wondre lichten en vol rust'ge duisterheden;
Gij die me uw leden als de rijkste herfsten bracht,
En, schoner dan een schemering, de zéekre kracht
Van vredig leven en zich goed bemind te weten.
Want gij, die weet hoe iedre vreugde tanen moet…
Thans is het uur dat schaduwen neigen
poëzie
4.0 met 7 stemmen 1.720 Thans is het uur dat schaduwen neigen,
En de avond, als een teder lied,
Om huize’ en zielen zacht komt zijgen,
En moede durend, stil vervliet
In de open schoot van ’t schemer-zwijgen…
Thans is in al de zielen vreê,
En dank-gebed in al de huizen;
En zelfs wie wránge dagen leê
Voelt in zijn wezen kalmte suizen
Als een slaap-zware zomer-zee……
Herinneringen zingen, kind
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.299 Herinneringen zingen, kind, uw wit gelaat,
en 't zoet verhaal van úwe dagen en míjne dagen
die vredig in ons leve' als stille tuinen lagen
in 't tere licht van late schemering gebaad,
wijl d'hemel is om tuine-groen een stil gewaad
van trage, kalme schaduwen, en de bomen dragen
een laatste vogel-stem van lang-verglooiënd klagen
dat kwijnt…
Een ster
poëzie
4.0 met 7 stemmen 731 Een ster: een klompke ijs tussen mijn hete tanden...
Terwijl ge onzichtbaar zijt, o zee, die nauwelijks hijgt;
terwijl mijn hart gelijk een oude zuster zwijgt,
komt deze stipte oneindlijkheid mijn lippen branden.
– Mijn nachten waren ene mand vol droom aan droom;
mijn dagen, ’t vast getal der appelen die zwellen
in elke boom-gaard en aan elke…
Regen, regen in de tuin
poëzie
4.0 met 4 stemmen 680 Regen, regen in de tuin,
- o gestild begeren, -
zonne-bloemen, schoon en schuin,
die hun loom-gekroonde kruin
naar geen zon en keren;
nieuwe blanke glanzen aan
zware en matte vruchten;
- vroom herleven van mijn waan
door een zacht-gerezen traan,
door mijn zoete zuchten;
- heel het huis is warm en toe;
buiten ruist de regen;...
- vrezig-blij…
En hoort uw hart
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.423 En hoort uw hart: hoort gij uw hart niet slaan ?
Daar is de maat waarop uw dagen dansten.
Niet wen gij waart met weelden overlaên
of dronken van een overmoed'ge waan,
stond ge in de rei die blijde tijd omkranste.
Brandde in uw brein al 't lijden dat het droeg
leg op uw hart uw hand, en gij zult horen
al de geheimen die, nog ongeboren,
zich…
Gij was aan mij gelijk de winde…
poëzie
4.0 met 2 stemmen 558 Gij was aan mij gelijk de winde
die wentelt om een koren-aar;
dra zal ik aan mijn wang bevinden
de zoete streling van uw haar.
Dra zult gij ‘t glanzend voorhoofd beuren
tot waar mijn slapen komm’rend staan:
zo ziet men, wild, een winde geuren
naast ‘t wegen rijpen van het graan.
o, ‘k Ben geen sterke; moe-gedragen,
verzwaart vaak de angst…
De nacht, de zwoele nacht
poëzie
4.0 met 2 stemmen 716 De nacht, de zwoele nacht heeft me als een wijn bevangen.
Terwijl een schijnen-rijke wâ mijn brein omwindt,
komt uit de diept geen dageraad mij tegen-langen,
omvangt me een woel'ge duisternisse die mij bindt.
Ik ben geen bake; geen verwijlen, geen verbeiden;
geen duizeling van hoop, geen duizeling van dood.
Ik ben alleen, bij holle ontstentenis…
0 VAN ' T ONGEREPT ONTROEREN . .
poëzie
4.0 met 2 stemmen 406 0 van 't ongerept ontroeren,
nauw-geboren, ongezeid,
huivrend reeds de pennen roeren
aan de vlerken van de Tijd;
zien, hoe de eigen adem-halen,
klarend voor 't verbaasd gezicht,
schuiven aan de zonne-stralen
als een waas van schóner licht;
proeven, in de diepe groeven
die de roodste Lippe graaft,
hoe het langst en wrangst bedroeven…
DE DICHTER
poëzie
4.0 met 4 stemmen 435 Geen zomer-schaâuwe is schoon als 't beeld, in volle teilen,
der welv'ge melk die ront, van roerig licht ommaald.
Mijn schamel huis, waar zoel een geur van peren draalt,
weegt teerder in mijn schroom dan 't hele herfst-verwijlen.
En, waar van 't winter-dak een schone mane daalt,
'n weifelt ijl een hele lente in hare wijle,
o mijn…
Er is geen tijd
poëzie
4.0 met 4 stemmen 658 Er is geen tijd. Wat gistren was
is wat vandaag me een liefde wijst.
Herdenken: ongedronken glas
dat morgen laaft en spijst.
Wat is me droeve scheppings-daad
en baren in 't gelaat der dood?:
een kindje dat aan 't schaatren slaat
daar 't wemelt in mijn schoot.
Welke is de krankheid die me pijnt
bij dreigend komen en vergaan?
Wij…
Stad
poëzie
4.0 met 5 stemmen 539 Verloren tijd, hoe schoon vind ik u weer,
waar elk herinnren wordt een nieuw verlangen.
o Steden-laan, wat zijn uw meisjes schoon.
Eens was ik jong, en 'k ben niet jong gebleven...
Ik wandel bij de bomen die mijn jeugd
beveiligd hebben en haar jonge liefde.
Water is de adem van een meisjes mond
De stad is heet en droog als een begeerte…
IK BEN DE HAZEL-NOOT
poëzie
4.0 met 2 stemmen 327 Ik ben de hazel-noot. - Een bleke, weke made
bewoont mijn kamer, en die blind is, en die knaagt.
Ik ben die van mijn zaad een duisternis verzade.
En 'k word een leêgt', die klaagt noch vraagt.
'k Verlaat me-zelf; 'k lijd aan me-zelven ijle schade.
Ik ben 't aanhoudend maal, in een gesloten kring,
van ene domme, duldeloze, ondankb're made…
Weer rijst het
poëzie
4.0 met 2 stemmen 260 Weer rijst hier uit de diepste grond
naar 't holle duister van mijn mond
en streeft naar nieuwe luister,
gelijk naar nieuwe bloesem streeft
de knop die teer in dauw-licht beeft,
en stralend uit de boezem leeft
der aarde, diep en duister.
'k En durf te spreken, waar ik wou
het woord bewaren, dat ik hou
ten troost van dode wanen,…
O God, ik heb de geur der vlieren om me henen
poëzie
4.0 met 2 stemmen 331 O God, ik heb de geur der vlieren om me henen,
en mijn hart - God, gij kent zijn lijden, en Ge weet
hoe vaak het, schoon gelate', in pijn zijn dagen leed -,
is als een appel-boom, met pralend licht omschenen,
die blij zijn branken breidt, waar roze en blank verenen
hun perel-kleuren in 't teer weemlend bloemen-kleed...
Zo is mijn vrucht-zwaar…
Als, bij moe-tanend avond-lichten...
poëzie
4.0 met 2 stemmen 317 Als, bij moe-tanend avond-lichten,
angst daalt in onze aanwezigheid,
zijt gij 't, die voor onze aangezichten
de vreê der avond-lampe breidt.
Wij zitten en ons leden wegen,
zwaar van stil-naedre dage-dood;
gíj hebt zacht woorden die verplegen,
en breekt het vredige avond-brood.
En wij, die uwe gaven eten,
wij rusten in uw blijde…
Wij zullen blijde zijn
poëzie
4.0 met 1 stemmen 407 Wij zullen blíjde zijn... De bomen blozen
van vruchten. En ons hoofd is schoon als duizend rozen,
nu we overvloedig zijn van zwenkend zomer-bloed...
o God, God, ik en kende U niet, en was verlóren;
maar nu ge Uw adem door mijn adem deinen doet,
is Uw gedaante menig-voud in mijn herboren,
'lijk, beken-veel door 't barstend lente-land, een vloed…
Ween aan mijn borst
poëzie
4.0 met 1 stemmen 330 Ween aan mijn borst den schat der tranen
die rijk me maken van uw leed,
ik die van wankelende wanen
als gij het talmend smeken weet;
ik die, mijn kind, op andre schouder
om eendre vreze heb geschreid,
maar van elke onmacht oud en ouder,
weer om een nieuwe hope lijd;
ik die het goud van alle transen
voor de as van oude zonnen ken…
Kind met het bleek gelaat
poëzie
4.0 met 1 stemmen 257 Kind met het bleek gelaat, dat van uw wijde blikken
geen liefde in mat gebaar noch in lede ogen ziet,
maar in uw zedig kleed uw knieën weet te schikken
zó, dat me te elken male een laaie drift doorschiet:
gij zult het nimmer aan mijn vrome woorden weten
hoe mijn begeren om uw kleren dolen dorst;
maar ìk draag in me-zelf de wonde, zelf gereten…
De bruid zegt:
poëzie
4.0 met 2 stemmen 276 Hoe wordt mijn lippe week
van honig-smaak?
– ’t Is of ‘k met tanden-reek
uw tanden raak...
Hoe zijn uw ogen klaar
van vreemde schijn!
‘k Zie er me lévens-waar
spíeglend in zijn...
‘k Hou mijne leden, als
ware ik beschaamd…
– Uw adem, om mijn hals,
die zoelig aêmt...
- Is het een lente-gloed
die door me gaat?
Hoe toch uw strak…
Laat me, vijver, waar ge ontwaakt
poëzie
4.0 met 2 stemmen 397 Laat me, vijver, waar ge ontwaakt,
- daar, ten dagerade aan 't rozen,
naar uw nacht de morgen naakt, -
laat mijn aanzicht, week en naakt,
eigen bleekheid tegen blozen.
o, 't En is een scheemlen maar;
maar, in 't stijgend morgen-scheemlen,
zie 'k ten vijver, minder klaar
maar te dieper naar ik staar,
schoonre hemel dan ten heemle…
WAT IS HET GOED AAN ‘T HART...
poëzie
3.0 met 36 stemmen 3.957 Wat is het goed aan ‘t hart van zacht verliefd te zijn,
zijn luimen naar een verr' of naeren lach te meten,
en, te elken avond weer het kommer-brood gegeten,
weer blij te mogen rijze' in iedren morgen-schijn,
deed nieuwe liefde-lach het oude leed vergeten.
Ik weet niet wat geluk is; maar uw schoon gelaat
is kalm, en maakt me blijde, en doet…
ZOU'N WIJ GEEN GLAASKE MOGEN DRINKEN?
poëzie
3.0 met 13 stemmen 1.903 Zou'n wij geen glaaske mogen drinken?
zou'n wij daarom een zat-lap zijn?
- De droesmen van de driften stinken
nog meer dan moer van zieke wijn.
Zou'n wij geen meiske mogen kussen?
Zou'n wij daarom een vuil-baard zijn?
- Maar wèlke boezem wordt het kussen
voor deze lang-verzopen pijn?...
Als koningen kwamen we uit de Oosten
en hadden…
Ik heb een vrouw; ik heb een kind
poëzie
3.0 met 31 stemmen 3.561 Ik heb een vrouw; ik heb een kind;
en 'k heb in 't harte harde zorgen...
o Kommer-knagen voor wie mint,
te weiflen aan de dag van morgen.
- Ik sla de zware netten uit
en berg in 't roerig moer de fuiken;
maar, voor de hoop op weel'ge buit,
zie 'k drabben uit de drasse duiken.
Soms komt, voor diepre schoonheid borg,
me een water-roos…
Wat ben ik, dan een vogel
poëzie
3.0 met 8 stemmen 1.266 Wat ben ik, dan een vogel in de schemering?...
Ik ben verliefd, o mijne vriende', en, wen ik zing,
hoor ik de avond-dauw uit zware beuken leken
en, dof geplets, de rillend-diepe stilte breken;
en - 't is of mijn geluid in mijne kele breekt...
Ben ik bedroefd? - Hoor hoe een nachtegaalke spreekt
mistroostig en gerust, met droeve en staêge…
GIJ DRAAGT EEN SCHONE VLECHTE HAAR...
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.694 Gij draagt een schone vlechte haar
allangs uw lage leên…
- Het is een trage dag voorwaar
van weiflen en van wenen.
Het is een lengende avond van
mis-troosten en mis-prijzen.
’t Is of de dag niet sterven kan
en of geen nacht kan grijzen…
- Gij gaat mijn duister huis voorbij,
verlangenloos en rechte;
ik rade uw naakte, magre dij;
ik zie…
De moeder en de zoon
poëzie
3.0 met 7 stemmen 3.108 DE MOEDER
Ik draag u aan mijn hart, al ben ik járen-zwaar.
Voelt ge mijn adem als een vlamke op uw haar?...
DE ZOON
Ach, zwijg: ge zijt een vróuw langs lege levens-straten...
DE MOEDER
Hoe, heb ik niet mijn zoen op uw gelaat gelaten?
DE ZOON
Uw zoen is op mijn mond gelijk mijn tranen: zóut...
DE MOEDER
Mijn…
De late chariten 2
poëzie
3.0 met 7 stemmen 841 Aan u, die 'k heb bemind om 't water van uwe ogen,
fontein die zindert in de zonne van de smart,
- gij die het martlen kent van 't dorre mededogen
en 't hunkren naar de liefde in hoogmoed uitgetart;
Aan u, die 'k heb bemind om 't vlammen van uw handen,
- o vleien om het vlees dat als een beek vervliedt;
o reiken van 't gebed dat slechts…
Gij die gebaard hebt
poëzie
3.0 met 11 stemmen 1.439 Gij die gebaard hebt, en in moeder-smart gestaan,
hoe ben ik als een tuin voor uw gepijnd verlangen?
Hoe gaat ge in barre hoop, hoe draagt ge onvruchtbre waan,
en heeft uw liefde een liefde om mijn gelaat gehangen?…
Al slaat in mijn moe hoofd uw zware zomer-geur,
Vergéefs zult ge, als een roos, uw adem míj-waarts keren;
want, ben ik úw door…