163 resultaten.
DE ZONDARES
poëzie
3.0 met 4 stemmen 617 O Heer, ik ken die zaalge zondares;
Het was mijn ziel, die wenend voor U bukte,
Die met haar liefde Uw minnend hart verrukte,
De nardus gietend uit albasten fles.
Ze ontwond in drift de slingerende tres
Der haren die haar teedre schouders smukte.
Slavin, die kussen op Uw voeten drukte,
Was ze aller zondaars zoete meesteres.
Nooit in haar…
Woorden
poëzie
3.0 met 19 stemmen 2.321 Men weet niet hoe dit is, dat woorden
Toekomen en zij zijn bereid
Om de geruchten die zij hoorden
Daad te doen zijn en werklijkheid.
Zij hebben zich stil volgezogen
Met geur en kleur, contour en klank
En zijn als vogels opgevlogen
En rusten op het vers als bank
En heffen zich ten langen leste
Met licht geworden vleugelslag
En vliegen naar…
Gij hebt ter wereld zoveel schoons geschapen
poëzie
3.0 met 11 stemmen 1.954 Gij hebt ter wereld zoveel schoons geschapen.
Hoe fel ik leef, 'k kan al uw vreugd niet rapen.
Gun mijn verdoolde zinnen eindlijk rust.
Laat mij één nacht lang en gelukkig slapen.…
DIT WAS EEN DAG
poëzie
3.0 met 11 stemmen 2.560 Dit was een dag van heimelijk begeren,
Van sterk verlangen en verholen lust.
Nu wordt het avond, nu komt de rust.
En Gij zult tot mijn stiller harte keren.
Zoals een vogel wegduikt in zijn veren,
Door ’t eigen trillend hart in slaap gesust,
Een ademende zachtheid, onbewust
Van alles wat zijn argloosheid kan deren,
Gaf ik mij onvoorwaardlijk…
O God, bewaar mij voor der zonde vloek
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.504 O God, bewaar mij voor der zonde vloek,
En schrijf mij niet in 't somber dodenboek:
Is in het blanke pergament des levens
Niet ergens, achterin, een open hoek?…
In memoriam
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.601 Er is een schaduwspel van twijgen
en knoppen over 't zonnig grind,
en bloemengeur en licht en wind
verzaligen het grote zwijgen.
Het is zo stil, dat het bewegen
van 't licht wordt of een ver geruis
van vleugelen ging door het huis
en of zich engelen om u negen.
Het is zo stil en wit dit rusten.
Zo slapen enkel Gods gekusten,
zo vredig…
DE VIS
poëzie
3.0 met 16 stemmen 2.341 Ik wierp mijn hengel in het water.
De vis beet, en ik ving de vis.
Ik doodde de vis, ik kookte de vis,
Ik at de vis, de vis at mij.
De vis was giftig, ik moet sterven.
De vis groeit in mij, ik verminder.
Zijn bek bijt en zijn vinnen steken.
Ik ving de vis, de vis ving mij.…
Geen andere goden
poëzie
3.0 met 6 stemmen 2.876 Vergeef! verlangen, aards en heerlijk,
Dat plotsling aan de ziel ontsprong,
Een jong begeren, maakte jong,
En hield zijn glans, ook toen het deerlijk
Besef ons met ontzetting sloeg,
Dat wie de hemel wil verwerven
Zijn liefste afgod moet ontstèrven,
Zelfs als hij hem ten vure droeg.
3/4-12-1933…
DE DICHTER
poëzie
3.0 met 6 stemmen 2.212 Er leven velen in hem, maar zij sluimren.
Hij mag hen niet ontwekken, en hij wacht
Of geen zich wakker woelen zal, en zacht,
Een duif, tot ’t leven kringlen zal en tuimlen.
Als hij hun schaduw in de grijze nacht
Bewegen ziet, en waagt in de gezichten
Een licht te wekken en met hen te richten,
Bespeurt hij dat hun masker hem veracht.
Zij…
Nolite iudicare
poëzie
3.0 met 6 stemmen 1.097 Hij heeft de hoge tol betaald
Om rust te vinden:
Zijn jonge leven!
O dood, wat draait ge uw zware boom
Gewillig open
Voor die wanhopig zijn.
Hij liep het grote donker in,
Zó zeker,
Of hij de hel verlichte ramen zag
Van vaders woning.
Wat achter was
Kon hij niet overmeestren.
Daarom ging hij ’t staketsel door
Als een die vrezen
Voorgoed…
Calvijn
poëzie
3.0 met 6 stemmen 1.419 Hij met de doodskop en fanatisch boos
Van baard en ogen, kon geluk ontberen.
Waarom de Souvereiniteit des Heeren
Juist hem tot feilloos treffend wapen koos?
Hij wierp zich ziende in het grondeloos
Diep van Zijn eeuwige genaverbonden;
Verheffend bovenal en voor altoos
Gods Eer, Wiens heiligheid…
Kwatrijn
poëzie
3.0 met 14 stemmen 3.139 Bedenk, als mensenwoorden krenkend zijn:
Gifslangen scheiden niets af dan venijn.
De spraak weerspiegelt 't wezen van de spreker.
Het varken noemt het edel renpaard zwijn.…
PASSING FLIRTATION
poëzie
3.0 met 13 stemmen 2.772 Kom nu, kom nu,
De tijd is vol.
Daar zal geen uur meer komen,
Dat van de bloei van dag en nacht
Late avond zulk een gave pracht
Heeft saamgenomen.
Nu, in dit schaduwloze licht,
Laat uw gezicht
Glimlachend naar mij neigen.
En glanzend zullen overweer
Mijn ogen naar uw ogen teer,
Uw ogen naar mij neigen.
Wij weten dit verkoren uur
Van…
Triestig
poëzie
3.0 met 25 stemmen 2.567 Ik denk: zo zal het later misschien zijn:
Jij hebt een huisgezin, een vrouw en zonen,
En ik zal nog als nu heel eenzaam wonen,
En deze eenzaamheid is als een wijn
Die men aan zieken schenkt om te versterken.
En nu en dan zul jij mij troosten komen
En mild je kracht in mij doen overstromen
En dagenlang zal ik de krachtstroom merken.
En als…
De brief
poëzie
3.0 met 5 stemmen 1.485 Toen de avond de kamer innam,
Werd de spiegel met licht gevuld.
De brief, die ik niet meer lezen kon,
Glansde koel als het zachte gezicht
Van een kalm gestorvene,
Wiens lippen een vleug warmte vasthouden
Om onze laatste kus niet te verschrikken.
De samenvouwing der handen
Wil ons naderen reeds niet meer kennen,
Hun verstrengeling weert ons…
gebedje
poëzie
3.0 met 10 stemmen 1.624 Och Here, kan 't Uw wille
Wezen, laat ons stille
Voor u zijn.
Misschien zou de pijn
Die in ons als wijn
Woelt , dan stille zijn.
Och, even,
Aan onszelf ontheven,
Och, even
Zich in U te begeven.…
LENTE
poëzie
3.0 met 10 stemmen 1.379 De hemel luwt, de lente staat te komen.
De vis spat als een vonkenzwerm omhoog.
De vogel tooit zich met de regenboog.
En eensklaps bloeien de verstokte bomen.
Een rode bliksem slaat dwars door het bloeien.
Een rood gewaad heeft mijn bestaan verschrikt.
Verbleekt heb ik de chaos ingeblikt.
Boven de oergrond hang ik ijl te bloeien.…
De veroordeelde
poëzie
3.0 met 5 stemmen 1.398 Ik zit in een subliem vertrek,
Geraffineerd verzorgd, alleen.
Mijn ruwe stoppelbaard verdween
En uitgeschoren is mijn nek.
‘k Had een diner met koffie na,
Uitstekend was de sigaret.
Maar toch iets bitters heeft de pret
Nu ‘k spoedig uit dit leven ga.
Het nieuwe hemd prikt mij en schuurt
Alsof ik naakt lig in het gras.
’t Is of ik nooit…
Het Groninger Hogeland
poëzie
3.0 met 34 stemmen 4.813 I Het land
't Is alles eenvoud wat uw stoerheid sierde,
En alledaags bij werelds wufte pronk:
Het zwaatlend koren rond de heilge wierden,
Uw kolken waar kasteel en kerk in zonk;
Temidden graan en bontbebloemde weien,
Waar de gelatenheid zichzelf bedroomt,
De nuchtre pracht der rijke boerderijen
Met brede schuren tussen schraal geboomt'…
Dood Kindje
poëzie
3.0 met 160 stemmen 37.499 Men heeft het kindje, wit en recht,
Uit 't wiegje in een kleine kist gelegd,
En wit en zwart, o simpel onderscheid,
Zijn slaap en dood, zijn tijd en eeuwigheid.
Hij is maar even hier geweest.
Men gaf hem op 't geboortefeest
Van hand tot hand, tot, stil en lief,
Een gast hem kussend aan de lippen hief,
En allen keken... later is…
Het verdriet
poëzie
3.0 met 12 stemmen 1.946 Ik heb gewerkt, ik heb geleden,
Ik heb geworsteld met 't verdriet,
Ik heb gebogen als het riet,
en soms heb ik 't met laffe vlucht gemeden.
Nu stelt 't zich ondoordringbaar voor mijn staren
Als van de nacht het nevelig begin.
Maar als een lichtende lantaren
Hef ik U op en volg U 't duister in.…
Pinksteren
poëzie
3.0 met 14 stemmen 2.775 O Geest, toen Gij ternederkwaamt
En voor hun oog gestalte naamt,
Doorzonk de hemel ademloos
Een stille witte vlammenhoos.
Boven hun lichaams donkre zuil
Verscheen een zacht bewogen tuil
Van licht, en glinsterende gleed
Het neder langs hun schamel kleed.
Hun mengelmoes van woorden vaal
Klonk ieder als zijn moedertaal.
In mensenwoord, op…
HOOGZOMER
poëzie
3.0 met 7 stemmen 1.578 De slaap ontwijkt in deze lichte tijden.
De schemering verdiept tot donkerblauw,
En vóór dit zwart wordt, komt het morgengrauw
Reeds als een rook de hemel overglijden.
Klopt ’t bloed zo zwaar door onze ontruste rust?
Zijn het de maaiers die hun zeisen haren*?
Valt er een schaduw binnen van de blâren?
Is dit een droom? Spoken hier dood en lust…
De naam
poëzie
3.0 met 7 stemmen 2.274 Ze heten Jan, en Klaas, en Ko,
Hun burgernaam maakt hen verlegen,
Die glimt en geurt u muffig tegen
Gelijk een appel uit het stro.
Geboorte, trouw en overlijden
Zien ’t plechtige familiestuk.
Dan stellen zij het weer terzijde,
Blij met hun alledaags geluk.
En merkt de buurt iets in hun wezen,
Dat haar mishaagde of geviel,
Dan noemt zij…
God heeft u van mij afgeëist
poëzie
3.0 met 15 stemmen 1.411 God heeft u van mij afgeëist,
En nu de tedere avond grijst,
Buig ik, niet meer vermetel,
Bij uwe lege zetel.
Hoe zal ik zeggen, ziek van leed:
'Hij doe, al schijnt het nog zo wreed,
Wat goed is in Zijn ogen,
Zijn recht is vol meedogen.'
O dit, dat Hij zijn kinderen slaat,
En plotseling in hun midden staat
Om 't liefste weg te rukken…
DE BRUG
poëzie
3.0 met 14 stemmen 3.037 Ik heb het fluitje aan mijn mond gezet.
Mijn vingers overtrippelen de gaten
Buiten mijn tuin ligt de rivier gebed
In maanlicht, en er rijst een brug van jade.
Een brug van jade overspant het licht,
Mollig van schaduw aan haar ene zijde
Een smalle schaduw schuifelt in het licht,
En buigt zich over en staart in het wijde.
Zij staart naar ’…
DE OUDE JONGEMAN
poëzie
3.0 met 8 stemmen 1.889 Hij weet ’t niet, maar is een der onbegeerden,
die egoïstisch worden en jaloers.
Ze suggereren dat hen niets ontbeerde,
en zijn verlegen, links, en lichtelijk boers.
Hij stopt zich vol met kool en wienerschnitzel,
en drinkt zijn kop niet rozig, maar grauwblauw.
Hij was ook graag iets anders dan ’t afgietsel
van opgekookte jeugd, maar amper…
In vriendenkring drink ik de gouden wijn
poëzie
3.0 met 6 stemmen 988 In vriendenkring drink ik de gouden wijn.
In eenzaamheid ben ik bedroefd en ween.
O arm aards dal, waar 't onbestendige standhoudt.
Het beste is hier: altijd dronken zijn.…
Ruiter, paard en hond
poëzie
3.0 met 6 stemmen 1.550 De ene begeleidt, de andre draagt mij,
Tot mijn genoegen en in zware strijd.
Dit zijn bevredigingen en dit plaagt mij,
Want zij zijn roekloos aan mijn dienst gewijd:
Het paard! (ik voel mijn snelheid vertienvouden),
Dat man en lans, die mij belaagt, vertrapt.
De hond! die afgeeft wat hij graag wou houden,
Mijn handen lekt, naar de belagers…
WINTERAVOND
poëzie
3.0 met 2 stemmen 282 Ook nu het avond wordt,
Heer blijven we op U hopen,
Het winterdaglicht kort,
Hoe traag de dagen kropen.
Het water is zo diep
En donker, de lantaren
Beschampt de oeroude baren,
Waarin de wereld sliep.
En als de smalle boot,
Waarin ik word gedrongen,
Van levens wal afstoot,
Hoe hoog de golven sprongen,
Van u komt heil en heul…