boom die ze telde
onderweg
stond gelijk aan moed
tien bomen en dan zou
ze praten
hem tegemoet
in haar onbestaan
het werden er
twintig en nog meer
in schaduw
als tussenruimte
voor hoop
ze raapte stammen
uit haar schoot, verzette nerven
en woorden
naar een vaderbestemming
op zijn gezicht
niets hield stand
behalve de autoradio…
Zittend in je tuin
grenzend aan rotonde,
luisterend naar merelzang
vermengd met dreunende
bassen uit open autoramen
razend achter groene grens
Dan denk je:
wie is beschaafder -
Merel of Mens?…
Wanneer ik ’s nachts door Rijmenam rijd
en als door boter langs de velden glijd,
denk ik wel eens aan een oud verschaald verdriet
de autoradio mag hard staan, vergeten doe ik niet.…
Het zonnetje schijnt zijn warme stralen
De lucht onbewolkt helder blauw
Met de autoradio vrij hard
Koers ik pijlsnel richting jou
Ik zing, al is het zo vals als de nacht
Timmer de maat mee op het stuur
Niks dat mij nog kan beletten
Als het goed is ben ik bij je binnen het uur
Ik geniet van de weg richting jou
Zonnebrilletje op, sigaretje…
Luisterend naar de piano op de autoradio,
zie ik nu haarscherp
een exgeliefde spelen.
(die nu rouwend om een ander is)
Mijn wijk binnen komen rijden,
jongetjes zien klimmen over hek,
die me in een vlaag doen denken aan mijn kind,
waarvan 'k kort daarvoor nog het graf,
waarlangs ik reed, dacht te bezoeken, maar toch niet deed.…