(voor Marcellus Emants)
Drie mooie vrouwen deelden het zware
zienersleven,hij schreef alsof hij tuinen
spitte en kruiden verbouwde,met een geestdrift
die hen allen verbaasde. Hij prees de werking
van ieder kruid en aan de puntjes van zijn
sierlijke snor herken je de punctuele estheticus.…
Op zo'n ogenblik kwam eens Marcellus Emants voorbij;
hij had 'n zwarte portefeuille in z'n hand:
hij kende me niet.
Ik keek hem na tot in de Barentsstraat.
Wat zit de zon-bal vast-geknald
aan het eind der straat!
Haar vuur verguldt de klinker:
een hete fornuis plaat.
De tram rijdt tink-tink bij de bocht der straat.…