20 resultaten.
[Boosaardig trap ik]
netgedicht
1.0 met 6 stemmen 393 Boosaardig trap ik
kokkels stuk en verbrijzel
nonnetjes.
Die lege hulzen achter mij -
hoe ruchtbaar nog hun gruis.…
[Boosaardig 2]
netgedicht
2.0 met 12 stemmen 485 Boosaardig trap ik
kokkels stuk en dunne
nonnetjes.
Het gruis van lege hulzen,
het knerpt nog achter mij.…
Bij Warder
gedicht
4.0 met 4 stemmen 2.303 En nog steeds, op de strandjes bij Warder,
tussen Hoorn en Edam, vind je schelpen,
kokkels, strandgapers vooral,
uit de tijd van de Zuiderzee
die pas zijn losgewoeld,
opgestuwd, aangespoeld.
Er staat me nog heel wat te wachten.
-----------------------------
uit: 'De Gids', mei 2012.…
Terug aan de kust.
netgedicht
2.0 met 8 stemmen 376 De zeewolven kun je horen met
beide handen voor je oren, als
de dagen wat luid zijn geweest,
stilte gesprokkeld tussen golven,
daarin belooft een lege kokkel nog
het meest om het rumoer te smoren,
onder een grijze lucht waar meeuwen
zich baden in nog wittere sneeuw,
besluiten we hier te blijven wonen.…
De zee
hartenkreet
3.0 met 3 stemmen 551 Ik zie hoe de zee hoger komt
en de kokkels weer van het zand verdwijnen
en weer met de golven naar de diepte gaan.…
Hartje zomer
netgedicht
4.0 met 10 stemmen 419 in augustus is het licht
aan zee zo wonderlijk
hoe speels ook
in een weerkaatsing
op het rozenhoedje van het kind
dat kleurenwoordjes zingt
overstemmend de schreeuw
de krijs van een grijze meeuw
mijn ogen vinden schoonheid
in een droomkasteel van zand
de glanzende kokkels
tussen een schelpenrand
ik zweef, ik weef
zoveel lieve…
een kokkel legt zij aan mijn voeten.
netgedicht
4.0 met 5 stemmen 405 in de verte de ebbende zee
die fluistert kom , kom maar mee
zich terugtrekt en zachtjes weer opkomt
en dichter en dichter been voor been
drapeert zij een schuimkrans om mij heen
een kokkel legt zij aan mijn voeten
terwijl de wind de wolken roert
en t spiegelbeeld mij zacht vervoert
word ik de wolken en de zee
http://www.youtube.com…
Bruin grind
netgedicht
4.0 met 35 stemmen 472 Op een eiland zonder treinen
volg ik het spoor van zon en zee
de bielzen in mijn hoofd verdwijnen
maar de machinist rijdt mee
met kokkels, zaagjes, slakkenhuizen
en alle schelpen die ik vind
probeer ik jouw dood weg te sluizen
maar ze voelen als bruin grind
als een jutter langs de kustlijn
sprokkel ik mijn laatste deel
liever een zoutpilaar…
Opdracht
gedicht
2.0 met 4 stemmen 17.124 .
------------------------
uit: 'Kokkels', 1960.…
Rozenbottels
netgedicht
4.0 met 15 stemmen 910 Vuurboetsduin ontzie mij niet
wanneer ik hier uw ziel geniet
met ogen van een kind
dat droomt van overzeese buren
van lantaarntjes op zee
in wat het Vlie hier achter liet
in kokkels van verdronken land
die dreven op een zeemanslied
waar ik als kind U nader riep
met moeder, zusje, vader liep
over dit land van Stortemelk
waar ik stil stond…
De wraak van de kreeft
netgedicht
4.0 met 7 stemmen 345 Het was een lekker soepje
van kreeft en kleine kokkels,
lokaal ambachtelijk brood
en uitzicht op de zee.
Een duik in 't woeste water,
met ongewoon sterke branding,
de zon aan hoge hemel
rond de klok van twee.
Mijn huid begint te gloeien,
kamerwit wordt kreeftrood,
in 'n onbewaakt moment
aan 'n ijskoude Noordzee.…
Zonbeschenen, (Haiku’s)
netgedicht
3.0 met 9 stemmen 154 Zee kun je horen
handen voor beide oren
in kokkels bij zee.
Hond, die onzin blaft
tegen ontvreemde manen,
gingen hem voorbij.
Zonbeschenen steen,
heet zonder af te koelen,
zijn wij, in het nu.
Boot, die het land verlaat,
zon die op de toppen schijnt,
gevlucht zonder doel.…
In het nu. (Haiku’s)
netgedicht
3.0 met 2 stemmen 32 Golven kun je horen
handen voor beide oren
kokkels verstaan de zee.
Hond, die onzin blaft
tegen ontvreemde manen,
gingen hem voorbij.
Boot, die een land verlaat,
gevoel die op een toekomt lijkt,
gevlucht zonder doel.
IJverige mier
ze sjouwt met dode vliegen
wordt een centaur.…
Haasje
netgedicht
3.0 met 2 stemmen 68 ze lacht
het tongetje glibbert naar de hoek
van haar lippen
waar het kokkel-schuchter
naar buiten steekt
een knipoog na
is net een toetje
ze trapt en is weg de weg
naar mijn eigen fiets weer vrij
“Hoi hè,” roept ze nog
lekkerding
kan ik alleen maar denken
een mooi heel haasje
de bocht om
de wereld uit…
Hartklap I
gedicht
2.0 met 29 stemmen 34.852 Ze zei hartlap noch suikerbout, bietje, hartputje,
kokkel, hondje of zelfs maar afgelikte boterham,
noch snoep, aardig diefje, troeteling of liefje.
Ze viel van al haar stokken tegelijk, lag voor gehakt
in de pan. De kraantjeskan kreeg mijn broertje Jan.
--------------------------------------------------------------
uit: 'Huisraad', 1998.…
imposex
netgedicht
4.0 met 7 stemmen 452 vrouwelijke kokkel en purperslak
plots man en vrouw tegelijk
een wonder met de hormoontjes
zei de bioloog met rode koontjes
unieke transformatie in de genen
mens dit is pas echte imposex
een tegennatuurlijk abuis
beestjes in hun schelpenhuis
aangedaan door tribultyltin
gif in aangroei werende verf
och die arme waterbeestjes
dubbel sex…
Hier
netgedicht
3.0 met 10 stemmen 139 ik staar naar de horizon
zie de rondingen van je krullen
voorbij mijn zicht wapperen
ik denk aan je
ik voel aan je
ik denk je te voelen in mij
aan mij voel ik je denken
voel me denk me
zo ik jou voel denk ik
een spoor aan voetstappen
achter ons gelaten
vervagen in het schuimen van de zee
aangespoelde kwallen
hoogvliegende meeuwen
kokkels…
James
netgedicht
4.0 met 13 stemmen 560 Toon me niet, ik breng de nacht door
in schelpen, de parel in mijn rug en alleen
de vloed van kokkels en het kleur van hun behagen
stemt mij. Verfoei me niet, ik ben hun prins.
Ik heb een stad in mij en van de liefste der dingen
kijk ik door haar heen. Licht is mijn dochter, ze
smaakt zout en zoet.…
terug in de volendammer
netgedicht
3.0 met 9 stemmen 965 met eierkapsel op z'n wulks
tikkeltje pinnig stekelrogs
enterde ze zeecafé de makreel
van oudsher jolig en fideel
joop de jutter in haar zog
als steeds kokkels bol op zak
strandgaper met aan alles lak
brutaal in beeld nog hondshaai
ruim betekend door veel kraai
ze zag er echt niet uit
mijn venusmosseltje van weleer
- durf het bijna niet…
zonsondergang
netgedicht
4.0 met 34 stemmen 895 rode linten dansen in de zilveren armen
van wat lome golven, blozend
aan hun borst gevlijd leveren franjes avondrood
zich zachtvrijend uit aan hun kokkelende waterpartijen
uit de gespannen nachtboog langs de schemergordel
tuit dorstig langend scharlaken zonnegloor haar
schone lippen landinwaarts waar boven
duin een saffranen maan als luchtbaken…