je houding
straalde wijsheid
met een warme lach
in milde tolerantie
omarmde jij gedichten
bij het oplichten van gezichten
maar ik zag
je vinger krullen en je magistrale
armzwaai kon de deceptie niet verhullen
ik werd naar de hoek gestuurd om
te overdenken hoe ik over platitudes
een vleugje poëzie kon schenken…
ik ben een wolf onder de wolven
buil bronstig mee in 't koor
niets menselijks is me vreemd
ik schuw geen platitudes
ik hou nochtans
van al wat onbereikbaar is,
van duistere symbolen
tot lichtende sterren
helaas
ik ben de man die naar de zon wil lopen
maar vastzit op het kleverig asfalt:
de hunker zelf houdt me gevangen.…
het was begonnen
met kleine nuanceverschillen
vreemde accenten kleurden de taal
wat vroeger normaal was
is nu niet meer het leidend verhaal
het gesprek blijft verstoken
van expressief sturende ogen
lichaamstaal is al tijden geminiseerd
onderwijs heeft het hoofd gebogen
achterstand wordt niet gecorrigeerd
nog resten er wat platitudes
allen…