Poeslief
’s Nachts nestel jij je naast me,
je zoekt de bekende warmte op
van mijn lichaam.
’s Morgens streel je met je zachte lijf
mijn zoekende handen en
smeekt me om wat aandacht .
Jij doolt in het huis rond,
op zoek naar een fladderende vlinder,
bestaande in jouw herinnering.
Soms kom je in een wereld terecht
die je niet kent en verlamd van angst,
klamp jij je vast aan het bekende.
Meestal kijk je me hooghartig aan,
jouw wantrouwige ogen volgen elk bewegen,
je tong raspt mijn verlangen om je te strelen.
Zachtjes wil ik jouw sneeuwwitte vacht behagen
maar je kromt je rug
alsof je reuzengrote muizen wilt verjagen.
Maar ’s nachts, wanneer je terug opgerold ligt
op het zachte dons van mijn bed,
smelten mijn ogen om jouw lieve snoet en
dan vergeet je dromend je hoogmoed.
Van jou, mijn viervoetige vriend,
snap ik soms helemaal geen snars,
je bent echt wel iets heel bizars.
Geplaatst in de categorie: dieren