Ik stoor je niet
Je haren wapperen in de wind
een lok bedekt je oog
je loopt als een gazelle, fier
en torent hemelhoog...
Ik geef mezelf de sporen nu
en ga je achterna
in't wuivend riet verdwijn je nu
waar schuil je, primadonna...
Daar lig je,hijgend als een hert
dat der jacht net is ontkomen
ik stoor je niet, dat is te wreed
en zal niet aan je komen...
Je beeltenis staat nu gegrift
diep in mij opgeslagen
een volgend keer als ik je zie
zal'k jou ten huwelijk vragen
Geplaatst in de categorie: vrouwen