De cactus
Kaal staat hij voor de blankheid der gordijnen,
verschrompeld in wat kiezel en wat zand
en mist zijn ziel: het alverschroeiend schijnen
der eeuwge zomers van zijn vaderland.
Maar aan het einde van zijn lijdzaam dulden,
spruit op een lichte morgen, als een vlam
van 't heet verlangen dat hem gans vervulde,
een bloem van heimwee uit zijn dorre stam.
Hij bloeit; en in die onverwachte droom
laat hij een stond zijn heimlijk wezen blinken
in 't graf van broze bloembad en aroom,
zoals de dichter die, na harde strijd,
zijn innigst voelen in een lied doet klinken
en weerkeert tot zijn oude eenzelvigheid.
Inzender: Redactie, 13 februari 2011
Geplaatst in de categorie: literatuur