Voorschrift
Trek de woestijn in,
laat de karavaan
de groene rijkdom der oasen,
u zij de dorre oceaan
van zand; goud en topazen
bewaart ge niet,
die zijn voor uw vriendin,
de koningin van Scheba;
de stierenvechter laat ge de arena,
de volkstribuun
het duizendvoudige gehuil
van de hyena's
die beurtlings ‘kruist hem’
en ‘hosannah’ roepen;
gij gunt de boetprofeet
zijn sprinkhaan en zijn kemelshaar.
ontgin, waar niemand
vruchtbaarheid vermoedt,
elke woestijn heeft zijn wel;
geloof onafgebroken:
hier móet water zijn;
uw enige toeverlaat
zij het woord:
‘o, bolwerk, o, citadel,
bekleed mij met
een nieuwe mantel,
laat het firmament
mijn huis zijn,
zorg, dat mij niemand kent.’
vraag elke dag
een witte keursteen
en het onbeperkt gezag
van een nieuwe naam.
Verzamelde gedichten (1941)
Schrijver: Hendrik MarsmanInzender: Redactie, 6 april 2018
Geplaatst in de categorie: moraal