inloggen
voeg je poëzie toe

Poëzie

1808 - 1875

poëzie (nr. 4.603):

Heugenis van Renswoude

Wanneer de zomerzonne daalt,
Geen streek in't ganse Sticht, die haalt,
Bij 't liefelijk Renswoude.
Ter weerzij van de brede weg,
In lage hof, op hoge heg,
Langs gevels nieuwe en oude,
Zo dichtebij als in 't verschiet,
Hoe ge er een rozenbeemd geniet;
Een wieglen, geuren, blozen,
Van rode en witte rozen!

Wanneer de scheemring 't loofgesuis
Ten ruste noodt om 't hoge huis
Van 't liefelijk Renswoude
Dan vliegt, de gulden akkers moe,
Het vooglenheir die lommer toe,
Waaraan 't zijn nest vertrouwde;
De wildzang smelt tot zoete bee,
En ademloos weerhoudt ge uw schree
Om toch geen toon te missen
Dier hartsgeheimenissen.

O beemd! wat prees ik uw geneugt
En liet geen blonde, dart-le jeugd
Op 't open grasperk spelen?
Noch schetste, waar ge schaduw bood,
Die zuig-ling op de moederschoot,
Dat groepje om te stelen?
O bos! wat stofte ik op uw lied
En leende 't oor aan 't paartje niet
Door 't maanlicht schalk beschenen?
Het kerkje langs verdwenen?

Schrijver: E.J. Potgieter
Inzender: Redactie, 26 april 2022


Geplaatst in de categorie: woonoord

3.0 met 15 stemmen aantal keer bekeken 3.747

Er zijn nog geen reacties op deze inzending.


Geef je reactie op deze inzending:

( vink aan als je niet wilt dat je e-mailadres voor anderen in beeld verschijnt)