DE STERVENDE
Van hare handen
die zijn hoofd namen
en het wegborgen binnen haar schoot
is toen het kale glanzende strelen begonnen
als een ijl sneeuwen over een groot, somber land.
en toen hij de ogen sloot
over een leven, tot de dood toe vermoeid,
was wat het donkere bloed had misdreven
in een blind brandend wenen vergeven
en uitgeroeid; en behoed
door een vrede, die hem begroette en overstraalde
doorheen de hemelse regenbogen
die uit de barnstenen zon harer ogen
door een sluier van tranen naar hem neerdaalde,
is in een groot en roekeloos zwerven
de zwarte boot
de machtige wateren binnengedreven
van het eeuwige leven of de eeuwige dood.
Eerste periode (1919-1926)
Schrijver: Hendrik MarsmanInzender: adm, 19 januari 2022
Geplaatst in de categorie: overlijden