Voor andere vrouwen
Eens legt mijn ziel haar last van lijden af,
Maar 't zal niet zijn aleer ik slaap in 't graf.
Dan zingt een vogel, die het oog niet ziet,
Dit moede hart een vrede- en vrijheidslied.
En andre vrouwen ('t smart mij dat ik 't weet!)
Zullen dán lijden wat hun zuster leed.
Zie! voor die andren, die nog tripplen thans,
Met dartle voet, in jonkheids jubeldans,
Het rozenaanschijn in het morgenlicht,
Blijft dichten zoet mij, als een moederplicht.
Blaadren zij later in dit boek van mij,
Wie 't kan ontberen, werpt het wel ter zij,
Doch die geknakt is door de storm der smart,
Die dringt mijn lied wel diep in 't bloedend hart.
Dan wijlt ze een poze en droomt - en zalvend zal
Haar wonde zijn de zachte woordenval,
De sluizen openend van 't gesloten leed.
Dan zal zij wenen, als ik vroeger deed.
O voor die tranen vol verlossingskracht,
Wil ik nog zingen in mijn lijdensnacht,
Tot zacht de dood zegt: - ‘Kom, nu zijt ge moe’
En dekt mij stil met aarde en bloemen toe.
Inzender: adm, 30 juni 2010
Geplaatst in de categorie: vrouwen