Nu dat wij naar buiten treden
Nu dat wij naar buiten treden
vredigen in het nieuwe heden
nu hangt de lucht vol van waaiende
lichte dingen, onbeladene
ademen kostelijk gedragen
op vlakgestrekene windvlagen,
wazen, half beschaduwde lanen
aan weerskanten van zijden vanen,
rozerode kreukbehangen
in rimpelingen en met gangen
van blije bewegingen, een mist
bezijen onze ogen is 't,
opene ogen die vol zonken
van overvloed en de opgeblonken
glorieën die tot ons moeten;
de dag is blozende in begroeten.
Inzender: Redactie, 23 februari 2024
Geplaatst in de categorie: natuur