Wie mij gevonden heeft, kan niet vergeven
Wie mij gevonden heeft, kan niet vergeven,
Te groot, dan dat hij 't toegebrachte leed
Misbruikt tot wraak, als vergiff'nis verkleed,
Te klein tot oordeel over Brahman's leven,
Dat, hier tot Christus, Bach en Kant verheven
Zijn diepte in daden, kunst en denken weet,
En ginds door laagheid, zelfzuchtig en wreed,
De top van tere Zelfzucht leert beleven.
Wat spokig sloop door zieleschemergangen,
Tracht hij in lichtnet van begrip te vangen,
En 't angstig-weif'lend zwichten voelt hij mee;
Vergeven 't eeuwige in and're bestaandheid
Ziet hij als onzelfkundige verwaandheid -
Dat dacht 'k, toen 'k zei: comprendre est pardonner.
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -- -
Sonnet XIV in de cyclus 'In de Hoogte'
Brahman I, p. 120(1919)
Schrijver: J.A. dèr MouwInzender: JM, 23 februari 2003
Geplaatst in de categorie: individu