Veel koude ochtendnevel; adem van de zee
het zoute gras belooft weer goede boter
heuvels glooien nu nog tarwegeel
maar avond kleurt al afscheid van de zomer
Hij heeft de eend zijn nek gebroken
gevild versterft hij in de vliegenkast
niemand komt nu nog cider kopen
appels liggen in de schuur te drogen
Rook komt van brandend kreupelhout…
Een keer in de veertien dagen
neem ik afscheid
van mijn vader.
Een lange man op het perron
geduldig wachtend bij het raam
daarachter ik.
Van afscheid nemen hou ik niet
en van wachten nog veel minder
maar door het glas
raken mij
zijn vermoeide ogen.
En ik ben druk
ik pak een boek
doe of ik
mijn kaartje zoek
hij wuift en kijkt mij…
De ochtend raakt je aan in licht
en nauwelijks merkbaar gapen
ik stop je in gedicht
omdat ik wil bewaren
je adem en zoals je ligt nog
eventjes wilt slapen.
--------------------------------------------
uit: De geur van natte meisjesharen (1987)…