100 resultaten.
Jong blijven.
poëzie
3.4 met 7 stemmen 2.412 Het hart blijft jong en wordt niet oud,
Wanneer 't zich fris en open houdt
Om al wat menslijk is te voelen,
Te voelen wat een kind verblijdt,
En wat er door de geest moet woelen
Eens jonglings, in zijn schoonste tijd.
Die zijn verleden in zich draagt,
Blijft jong, al is hij welbedaagd,
En wekt der jonkheid geen mistrouwen.…
Rijmelarij
poëzie
3.2 met 4 stemmen 2.341 Zo veel
Het filomeel-
gekweel
Verschilt van ’t schorre meeuw-
geschreeuw
En ’t rauw gekras
Van ’t ravenras,
Zoveel verschilt de Bard,
Wiens hart
Zich-zelf verplicht
Tot zang en dicht,
Van hem, die ook poëet
Zich heet,
Maar van gevoel noch geestdrift weet,
En enkel regels smeedt
En kneedt,
Als een, die slaafs zijn taak verricht.-
O zie…
AAN EEN PESSIMIST
poëzie
4.5 met 8 stemmen 2.267 Als `t regent, daar de zon bij schijnt,
Ziet gij alleen de regen;
Ik vestig op de zon mijn oog
En op die lieve regenboog,
En lach hem hoopvol tegen.
"Goed ! Maar intussen wordt gij nat."
O ja, dat was te duchten,
Zo ik mijn regenscherm niet had,
Dat 'k altijd meeneem op mijn pad,
Bij 't zien van donkre luchten.
"Maar als uw regenboog…
Jong blijven
poëzie
2.5 met 2 stemmen 2.262 Het hart blijft jong en wordt niet oud,
Wanneer 't zich fris en open houdt,
Om al wat menslijk is te voelen;
Te voelen wat een kind verblijdt,
En wat er door de geest moet woelen
Eens jonglings, in zijn schoonste tijd.
Die zijn verleden in zich draagt,
Blijft jong, al is hij welbedaagd…
ONVERMOGEN
poëzie
4.7 met 14 stemmen 2.155 Op eenmaal soms ontwaakt in mij,
Wanneer ik 't minst verwachtte,
Van schoonheid en van poëzy
De wordende gedachte.
Een onbepaalde en zoete lust
Sluipt hart en aadren binnen,
Als werd ik in de droom gekust
Door een der Zanggodinnen.
Er ruisen tonen om mij heen,
En schone vormen zweven
In glanzig nevelwaas dooreen,
Die mij het hart doen…
Jan logica
poëzie
4.0 met 1 stemmen 2.024 Jan lag te slapen in zijn wagen. Schelmen komen
En spannen Blesje uit, en tijgen op de rit.
Ten laatste, Jan ontwaakt. „Hoe?" roept hij uit: "Wat's dit?
Van tweeën een: men heeft mijn paard mij afgenomen ,
Of ik nam, in mijn slaap, een wagen in bezit."…
Ernst
poëzie
3.6 met 7 stemmen 1.991 Wanneer mijn voorhoofd rimpels krijgt,
Mijn brede wenkbrauw nederdaalt,
Mijn oog niet blinkt, maar duister straalt,
En uitspreekt wat mijn mond verzwijgt,
Een traan mij langs de wangen schiet,
Mijn schedel nederbukt naar de aard,
Bezorgde vrienden, vrees dan niet
Dat wanhoop mij door 't…
Stil is de nacht.
poëzie
3.8 met 5 stemmen 1.922 Stil is de nacht en lieflijk blinkt de maan;
Vermoeidheid rust met zorg en vrees en smarte, -
Maar liefde waakt in 't rustloos kloppend harte,
Zij, zij-alleen kan niet ter ruste gaan!
En waar legt Gij het lieflijk hoofd ter rust?
Melieve, waar spreidt u de slaap haar bloemen?
Wat legerkoets kan zich gelukkig roemen,
Dat zij u draagt en op…
Poëzie
poëzie
4.0 met 2 stemmen 1.919 De Poëzie zit in de geest. Voor hem
Die aan wat is niets van het zijne toe kan voegen,
Is heel de wereld dof en zonder stem;
Hij moet zich met haar proza vergenoegen.…
Het sterfbed
poëzie
2.8 met 5 stemmen 1.907 Met zorg hield ons bedroefde kring
De adem in, om acht te geven
Hoe in haar borst de stroom van 't leven
Nog flauwtjes op en neder ging.
Elk onzer fluisterde zo zacht,
En stond zo machtloos op zijn benen,
Als hadden we elk zijn eigen kracht
Haar tot de doodstrijd moeten lenen.
Door vrees en hoop werd evenzeer
Ons hart misleid, bij 't…
NOG EENS MEI.
poëzie
4.1 met 10 stemmen 1.890 Daar is mijn groene wereld weer,
Met al haar tinten zacht en teer,
In 't licht der zonnestralen.
Of zacht gedommeld in de schâuw
Der wolkjes die aan 't hemels blauw
Als dunne sluiers dwalen.
Daar ruist de vleugelslag door 't hout
Der bosduif die haar nestje bouwt;
Daar hoor ik de eerste slagen
Van 't heerlijk lied dat voor zijn bruid…
Uitersten
poëzie
4.0 met 3 stemmen 1.861 Soms wil men oud zijn vòòr zijn tijd;
Maar wordt het tijd om oud te wezen,
Die fraaie wil slaat om tot vrezen,
En kreeg men liefst nog wat respijt;
Soms is men àl te goed genezen,
En wil nu jong zijn, ná zijn tijd.…
In het bos
poëzie
4.0 met 1 stemmen 1.757 Dichter:
Hef aan, hef aan toch, nachtegaal!
Indien ik door dees bossen dwaal,
Is 't om uw lieve stem te horen!
Laat duif en koekoek niet aan 't woord;
Voor die hier gaat en u niet hoort,
Zijn schrede en tijd verloren.
Nachtegaal:
Gij dwaas! 't is niet voor uw vermaak,
Dat ik mijn zoete zangen slaak,
Ofschoon 't uw eigenwaan zo schijne…
Namaals rust.
poëzie
3.5 met 2 stemmen 1.700 't Verlangen van de Jeugd
Is vreugd
En woelig tijd verdrijven;
Moede Ouderdom schept lust
In rust;
De mijne in werkzaam blijven.
Zolang de Hoogste macht
Mij kracht
Naar lijf en ziel blijft gunnen,
Is 't mij niet enkel goed,
Maar zoet
Te doen wat Zij doet kunnen.
Dit zij, min leven lang,
De dank
Aan die 't mij gaf en rekte…
Meidag.
poëzie
3.8 met 4 stemmen 1.687 Nu draaide 't windje, met de zon,
Door 't oosten heen naar 't zuiden;
Dat is zo goed als 't wezen kon,
Voor boer en buitenluiden.
Het blaadje rolt zich uit de knop,
Het veld wordt groen, het zaad schiet op,
De nachtvorst zal 't niet plagen;
Wij krijgen warme dagen.
Wij hebben lang genoeg gezucht,
Als werden wij vergeten;
Daar komt…
Lelijk? mooi?
poëzie
4.0 met 1 stemmen 1.672 ‘Lelijk!’ zegt gij. - Neen voorwaar!
Veel moge aan dit schoon ontbreken:
De adel van een ziel is daar,
Die van 't schoonste weet te spreken,
En de liefde van een hart,
Dat nooit moe van weldoen werd.
‘Mooi!’ verklaart gij. - Waarlijk niet!
Niets moge aan die schoonheid falen:
Die de koude glimlach ziet
Om gesloten lippen dwalen,…
Over 't paard tillen.
poëzie
4.5 met 2 stemmen 1.586 Uw nauwgezetheid is beducht
Mij ‘over 't paard te tillen.’
Maar is er iets wat u belet
Dat gij mij in de zadel zet?
Gesteld - dat gij 't zou willen.…
Kerstavond
poëzie
3.7 met 6 stemmen 1.511 Troost der armen.
Wat buigt ge u neder, o mijn ziel,
Waarom dus gans verslagen?
Alsof op u al 't donker viel
Der donkerste aller dagen!
Besterft ons lamplicht op zijn pit,
Die uitgaat van de droogte,
Wij hebben beter licht dan dit,
In d' opgang uit de hoogte1).
De middagkost was zeker schraal;
Elk onzer nam hem zuchtend;…
Najaarslied.
poëzie
3.6 met 5 stemmen 1.456 Ik ken geen schoner kleuren
Dan die van 't Hollands bos
In bruine najaarsdos;
Ik ken geen zoeter geuren,
Dan die uit droge mos,
Uit geelrode eikenbladeren
En varenkruid dat bloeit,
Mij op het koeltje naderen,
Dat met mijn lokken stoeit.
Ik ken geen schoner zangen
Dan vink en lijster slaakt,
Bij 't morgenlicht ontwaakt,
Eer…
Het putje van Heiloo.
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.447 Hoe lieflijk ligt het klein Heiloo
Van 't hoge bos beschut;
Een kerk zeer oud staat daar gebouwd,
Daar achter is een Put.
Die Put (een schat voor mens en beest)
Met heldre bron gevuld,
Die is daar altijd niet geweest,
Zoals gij horen zult.
Toen Willebrord de Kruisleer bracht
Van d' overkant der zee,
Was 't hier één zand in 't…
IN DE LENTE
poëzie
3.1 met 8 stemmen 1.442 Onze oude moeder heeft verheugd
Haar nieuwe mantel omgeslagen,
En is zo schoon als in de dagen,
De dagen van haar prilste jeugd.
De zoetste glimlach siert haar mond,
Haar ogen tuiten van nieuw leven,
En op haar voorhoofd, zacht en rond,
Zijn al de rimpels uitgewreven.
Ja, zegt zij, onder 't mild gezang
Der vogelen in de groene blaren,
Mijn…
Duivelen wijsheid
poëzie
4.0 met 3 stemmen 1.424 1. DIEN SLECHTS EEN ENIG GOD. Zo zij 't!
Voor twee heeft niemand lust of tijd.
2. KNIEL VOOR GESNEDEN BEELDEN NIET.
Tenzij gij ze op rijksdaalders ziet.
3. VLOEK NIET. Wat helpt het? Blijf bedaard,
En kijk uw vijand in de kaart.
4. KERK ELKE ZONDAG. Wat men zegg',
Het blijft tot veel de beste weg.
5. EER UW MEERDERE…
Madelieven
poëzie
3.0 met 1 stemmen 1.421 Madelieven zijn er altijd,
En die ze wil zoeken die vindt er;
We zijn ze slechts een ogenblik kwijt,
In 't barste van de winter.
En daar het voor mij nog geen winter is,
Maar — zo als gij 't wilt noemen!
Zo leg ik heden op uwe dis,
Een handvol van deze bloemen.
Gij hebt er gewis wel eens mooier aanschouwd,
Die frisser en fleuriger blonken…
De Leidse visser en het Haarlemmer meer in 1852
poëzie
3.7 met 3 stemmen 1.397 Nu is het Meer niet meer;
Het moet zijn water missen;
Het krijgt het nimmer weer -
En nog wil Caubes vissen.
Het wilde-andijvie-kruid
Schudt overal zijn stengelen,
En strooit zijn pluizen uit -
En nog wil Caubes hengelen.
Het koolzaad zal eerlang
Hier veld bij velden kleuren;
Het ploegpaard komt te gang -
En nog wil Caubes…
IN DEN VREEMDE.
poëzie
4.0 met 1 stemmen 1.387 Zo klonk ze nimmer nog me in 't oor, —
Zo rein, zo roerend nooit, als hier
1k laat er Grisi's zangen voor,
Manzoni's gulden lier.
't Is of dat vriendlijk spraakgeruis
Me in toverdraden wart;
'k Zie beelden zweven, teer en kuis,
Voel oude vreugden, zoete smart ....
Ik denk aan zoveel liefs te huis ,
En 't wordt me week aan 't hart.…
Voorjaar.
poëzie
4.7 met 3 stemmen 1.380 Mijn hof ontwaakt, wordt groen, wordt wit
Van bloesems aan de twijgen:
Reeds zoo veel malen zag ik dit,
Maar kon er nooit bij zwijgen.
Het blijft een wonder in mijn oog,
Zoo wonderschoon te aanschouwen,
Dat krachtig opwijst naar omhoog,
En aanspoort tot vertrouwen.
Hij leeft nog, die het leven geeft
En weergeeft uit de doden!…
Zwart en blauw
poëzie
4.0 met 1 stemmen 1.332 (Naar Th. Moore)
Het gloeiend gitzwart oog
Schiete al zijn dolken rond,
Gevoelloos voor wie 't wond'
Of doodlijk treffen moog:
Het blauwe kwetst geen hart,
Of 't lenigt graag de smart,
En wie 't een dolk moog wezen,
't Schept wellust in 't genezen.
Het zwarte zegge ons dit:
‘Heb eerbied voor mijn gloed!
Zo gij mij hulde…
Meidag.
poëzie
2.7 met 3 stemmen 1.307 Nu draaide 't windje, met de zon,
Door 't oosten heen naar 't zuiden;
Dat is zo goed als 't wezen kon,
Voor boer en buitenluiden.
Het blaadje rolt zich uit de knop,
Het veld wordt groen, het zaad schiet op,
De nachtvorst zal 't niet plagen;
Wij krijgen warme dagen.
Wij hebben lang genoeg gezucht,
Als werden wij vergeten;
Daar…
JAN ZONDERLING.
poëzie
4.0 met 4 stemmen 1.306 De zucht naar grootheid, die mij prest,
Doet mij betreden paden vloeken.
Ik kan niet b e t e r doen dan best,
Zo wil ik ’t dan bij a n d e r s zoeken.…
RUTH
poëzie
3.5 met 4 stemmen 1.204 De lieve Ruth, de lieve Ruth!
De dochter Moabs, de getrouwe!
Die, zelve een droeve weduwvrouwe,
Een weduw was tot steun en stut;
Gezegend zij de stroom van smarte,
Die toen haar minlijk oog vergoot,
Toen uit Naomi’s brekend harte
De zegen op haar nedervloot:
„Gods liefde zij als de uwe groot!”
Zij hief haar stemme op en zij schreide,
En…