Gewoon een avondlijke mijmering
Ik adem onder loverdaken
een herfst die nu niet ver meer is
de ziel laat rust heel zachtjes luiden
en jaar na jaar verwijdert zich mijn strijd
’k Drijf weg - waar niets mij nog kan raken
op ’t mos verdampt het laatste restje tijd
de besjes smelten vaal als winterbruiden
mijn herfst staat voor mij al bereid
Hoe oud en moe lijken de bladeren
waar Phoebus reeds zijn wintersluier legt
als zeegetijden draaien laatste jaren
in ‘t altijd komen gaan dat blijft.
Zie ook: http://sunset.deds.nl
Schrijver: sunset, 12 augustus 2007
Geplaatst in de categorie: algemeen