verdomse dagen
gans Meetjesland blinkt
strakskes als de voren
op hun rug zijn gegaan
einders tegenwinds dood
lopen tegen dijklichamen
licht verpaupert in takken
ik hou van grijs, met rood
zoals een sjarpe de vrouw
omhelst, haar mantel tot
op de enkels doet vallen
het grijze haar in een knot
ogen spiedend rondgaan
regensluiers verhangen zich
in de schoot van het land
wanneer de vossen grijnzen
tussen asem van koebeesten
stoefen over hun wijvekes
dorpen geuren naar elkaar
ik blijf van het grijs houden
zie haar voorbijgaan, deftig
lichtelijk schuw van opzij
waar heb ik haar meer gezien
in ’t rood zoals mijn landschap
kuiert, zwaait in vergetelheid
Geplaatst in de categorie: eenzaamheid