SPORT VAN EEN VISSER
Hengel na hengel
haalde hij op
geen vis wilde bijten
geen vis aan de haak
Hij at met smaak
zijn zelf-besmeerde
en belegde boterhammen
kaas dat was wel favoriet
Rondom hem
het zacht-wuivend riet
en verscholen
eend en meerkoet
Het deed hem goed
naar de rivier te staren
hier te zitten en te peinzen
het uur niet van belang
Hij hoorde plots
lieflijke zang..?
zang van wie?
gelijk een Lorelei
Hij neuriede het lied
mee en bewoog daarbij
zijn voet:
'al die willen ter kaperen varen.'
Zie ook: http://www.vkblog.nl/blog/6539
Schrijver: Harry Daudt, 18 juli 2009
Geplaatst in de categorie: filosofie